Wie zegt dat het beter gaat?

Diverse regeringstoppers durven te beweren dat in 2017 de economische situatie veel beter zal zijn. Er wordt gesproken over groei, in andere artikelen hebben wij reeds erop gewezen, dat economische groei niet op een blauwe maandag zal plaatsvinden. Er zijn heel wat factoren nodig, zoals vertrouwen, productie en export, en als je die niet hebt,  ben je gedoemd te mislukken als natie.  Het eerste is er niet eens en dan praat men nog over groei voor het komend jaar. Eerder heeft deze krant een interview gehad met de heer Sowma van de VES. Sowma is heel duidelijk en tegelijkertijd bezorgd dat wat men predikt over 2017,  mogelijk geen waarheid zal worden. Sowma zegt  dat de inkrimping van de economie een enorme achteruitgang inhoudt.

Hij geeft aan dat heel wat bedrijfseconomische activiteiten terug zijn gelopen het afgelopen jaar. “Somber”, zo beschrijft Sowma de huidige economische situatie in het land.  Hij is van mening dat er op dit moment geen plannen/projecten zijn, waaruit we mogen verwachten dat er economische activiteit komt. Hij verklaart dat het volgend jaar een zwaar economische jaar zal zijn, ofschoon de Newmont goudmijn in productie is. Doordat de productiecapaciteit kapot is, is er een spiraal- of lawine-effect ontstaan, wat het volgens Sowma moeilijk maakt voorspellingen te doen. Hij verduidelijkt dat de voorspellingen die in de afgelopen periode gedaan zijn, juist negatiever uitgekomen zijn. Er is volgens hem te weinig data beschikbaar om de juiste effecten goed te voorspellen. Dat is precies wat wij al maanden u als lezer proberen duidelijk te maken. Er zijn deskundigen in ons land die los van welke politieke kleur dan ook, al heel lang geleden aan de bel hebben getrokken en ook adviezen gegeven hebben over welke weg ons land beter kan bewandelen.

Wie de zaak nuchter bekijkt, kan onmogelijk zeggen dat ons land uit het ergste is geklommen en in 2017 er veel beter voor staat. Het is overduidelijk dat men dit zegt op basis van een paar exporten van Newmont en de inkomsten van Staatsolie uit de olieproductie. Terwijl deze regering haar mond vol heeft van diversificatie van de productie en nog geen enkel plan daartoe heeft, zien wij dat ze zich weer focussen op de mijnbouwsector. Eerder vroegen wij ons af wat er zal gebeuren als de prijs zich niet naar wens ontwikkelt. Suriname had in 2010 een goed gevulde kas die twee jaar later ook nog dik werd gespekt vanwege gunstige olie- en goudprijzen.

De regering toen heeft gemeend de voorkeur te geven aan verbrassen en nu de portemonnee leeg is, kunnen wij geen meter verder. Het volk is nu de dupe van het gevoerde wanbeleid, want dat de prijzen internationaal zijn gedropt,  daar kunnen wij niks aan doen, maar wij konden wel een appeltje voor de dorst bewaren. De regering houdt het volk steeds een ander beeld voor,  terwijl de werkelijke weergave niet bepaald mooi is. De situatie is erger dan men denkt en dat is ook door het IMF onderstreept.

Als wij alles op een rij zetten, hebben wij geen redenen om aan te nemen dat wij uit het ergste zijn en nog minder dat het in 2017 beter zal gaan. Er is geen enkel houvast om er vanuit te gaan dat de goede tijden in aantocht zijn. Kennelijk om in deze periode van het jaar geen onrust te scheppen, houdt men de samenleving een mooi verhaal voor en probeert men nu subtiel de schuld te schuiven in de schoenen van het IMF. Het IMF kun je niets kwalijk nemen, omdat zij zo werken. Je had vooraf moeten beseffen met wie je in zee gaat. Het volk kan nu geen offers meer brengen en elke dag langer met deze regering aan de macht betekent nog meer ellende.

More
articles