TIJDBOM

De regering Bouterse kan momenteel niet verder met het IMF, omdat ze niet kan voldoen aan de door het fonds gestelde eisen om de subsidies op nutsvoorzieningen geheel af te schaffen en ook de financiële inbreng van de regering op de brandstoffen, te laten varen. De regering weet dat er met een verdere verhoging van de energietarieven en de waterrekening, er problemen komen en dat het volk deze verhogingen niet zal pikken. Ook de verhoging van de brandstofprijzen door het wegvallen van subsidies, zal niet door de bevolking worden aanvaard. Dus IMF-eisen kunnen niet ten volle worden doorgevoerd. Hoe is het eigenlijk mogelijk geweest dat de regering dat niet vooraf had kunnen bevroeden? Had ze nou werkelijk gedacht dat ze deze maatregelen zonder slag of stoot op dit volk zou kunnen loslaten? Een volk dat het al niet rijk heeft en ambtenaren die in de afgelopen vijf jaar geen salariscorrectie tegemoet hebben mogen zien, kan je niet nog eens verder financieel uitknijpen. Tijdens de regering van Ronald Venetiaan II, stond het IMF op een gegeven moment ook op de stoep, maar de economen die Venetiaan ter beschikking had en zijn eigen vorming als wetenschapper zeiden hem, dat het IMF moordend zou zijn voor het Surinaamse volk en Venetiaan wees de IMF-delegatie de deur en koos voor een nuloptie. Venetiaan was ervan overtuigd dat hij eruit zou komen en dat hij daarom het volk een lijdensweg wenste te besparen. Een juiste beslissing van een staatsman met het hart op de juist plek. De regering Bouterse die vermoedelijk niet de juiste mensen op de juiste posities wist te plekken, begon reeds kort na aantreden met een verkeerd beleid van verspilling, omdat men zich blind staarde op de goed gevulde monetaire reserves die Telting had achtergelaten en op de hoge prijs per barrel voor aardolie en de zeer interessante prijs voor een troy ounce goud op de internationale markt. Wat er niet lang na aantreden van Bouterse I gebeurde, was het instorten van de aardolieprijs per barrel van boven de 100 dollar per vat naar onder de 50 dollar per vat en het zwaar kelderen van de goudprijs. De deviezeninkomsten kelderden op een afgrijselijke wijze mee, terwijl de regering Bouterse I niet aan een garantiefonds had gedacht, maar keihard haar beleid van verspilling doorzette en het populisme bleef voeden. Men ging daarenboven over tot het aanspreken van de monetaire reserves en het daardoor stelselmatig ondermijnen van de dekking van de SRD. Door dit beleid zijn we anno 2016 in de grootste financiële problemen geraakt en heeft Suriname een enorm deviezenvraagstuk, dat we door het plegen van grootschalige leningen proberen op te vangen. Dat leningen geen garantie zullen bieden voor ontwikkeling, kan elke economist verduidelijken en onderstrepen. Alleen productie die overwegend op export is gericht, zal ontwikkeling brengen en de deviezenvoorraad versterken en op een verantwoord en gewenst niveau brengen. We hebben thans toch wel vertroebelde relaties met het IMF en het fonds heeft de tweede tranche van het totaal overeengekomen bedrag, groot 478 miljoen dollar, geblokkeerd. Zolang Suriname niet akkoord gaat met de eisen die afgesproken zijn en ondertekend door president Bouterse, komt er geen geld meer van het IMF. Een van de eisen van het IMF is ook dat de rentepercentages van de banken de lucht in moeten. Een eis die door onze bankinstellingen met afgrijzen tegemoet is gezien. Rentepercentages voor de Surinaamse dollar zouden volgens het fonds fors verhoogd moeten worden. Gerust kan de vraag gesteld worden, of het IMF doende is een tijdbom onder het hier gevestigde bankwezen te plaatsen en of ze misschien de verdere bedoeling heeft de economie te ondermijnen. Misschien heeft het IMF onvoldoende informatie over de koopkracht vermindering, de verdiencapaciteit in dit land en het aflossingsvermogen van instanties en personen om een dergelijke eis op tafel te leggen? Banken zijn er om geld te verdienen uit de afgesproken rente bij leningen. Als de rentevoet veel te hoog ligt, zullen personen en instanties niet geneigd zijn te lenen en zal de winst van een bank op jaarbasis, ernstig teruglopen. Nu reeds hebben Surinaamse banken het moeilijk, omdat ze kredieten hebben verstrekt aan personen en instanties die niet in staat zijn terug te betalen en in hoofdzaak, omdat de overheid haar rekeningen niet heeft betaald aan de personen en instanties die bij de banken in het krijt staan. Eén bank heeft dit jaar al verlies geleden doordat debiteuren niet konden terugbetalen, omdat Lanti op schandalige wijze in gebreke is gebleven. Wanneer banken nu tot drastische renteverhogingen overgaan voor leningen in SRD, zullen ze hun eigen ondergang inluiden. Het is dan ook niet vreemd, dat men in het bankwezen helemaal niet te spreken is over dit voorstel van het IMF. Middenstanders die in de meeste gevallen aangewezen zijn op leningen bij de lokale banken zullen niet meer in staat zijn de verhoogde rentepercentages te betalen en worden dus ook geremd in hun verdere uitbreiding c.q. ontwikkeling. Faillissementen van bedrijven zijn dan niet ondenkbaar. De Surinaamse regering heeft door haar kruktu anu financiële beleid dit land in de grootste problemen gebracht en kon nauwelijks een andere weg bewandelen dan het IMF. Naar onze mening werd er niet nauwgezet nagedacht over de gevolgen van een huwelijk met het IMF en de consequenties voor alle ingezetenen van dit land. Thans is het duidelijk dat we niet kunnen slikken wat ons allemaal wordt voorgekauwd. Maar het akkoord ligt er en willen we nog geld van het fonds, dan zullen we toch de afgesproken zaken moeten doorvoeren. Hoefdraad zegt dat we niet alle eisen van het fonds hoeven te accepteren, maar hij zegt ons niet wat we allemaal binnen de overeenkomst hebben ondertekend en waar we niet omheen kunnen. De internationale invloed en macht van het IMF als instituut mogen we als klein land niet onderschatten en we zullen ons toch aan bepaalde zaken moeten houden. Maar deze regering heeft niet de voorziene geest van Venetiaan en zijn regering en daarom zitten we nu met enorme problemen die met de dag ernstiger vormen aannemen. De NDP-regering van Bouterse heeft in 2015 mandaat gekregen tot verder regeren, ze moet maar zien hoe ze uit haar eigen gemaakte smurrie geraakt. De voorspellingen voor 2017 zijn niet bepaald mooi. Hoefdraad die voor alles een oplossing beweert te hebben, zegt dat we een positief groeicijfer tegemoet kunnen zien het komende jaar en de heer Leigh van het IMF, zegt dat we een negatief groeicijfer van 9 procent in het verschiet hebben. Als we afgaan op de dagelijkse berichten, dan is er naar onze mening geen reden te geloven in het optimisme van Hoefdraad.

More
articles