Peneux installeert Interministeriële Drop-out werkgroep

Minister Robert Peneux van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (MinOWC) heeft recentelijk de Interministeriële Drop-out werkgroep geïnstalleerd. De werkgroep voorgezeten door Usha Adhin, hoofd van het Bureau Internationale Betrekkingen op het ministerie en aanspreekpunt van het United Nations Development Assistent Framework (UNDAF). Het doel van de commissie is het integraal aanpakken van het drop-out fenomeen door diverse ministeries om te komen tot aanbevelingen voor het verminderen van het drop-out percentage. Er zal in dat kader een studie worden uitgevoerd.

Enkele taken van deze werkgroep zijn:

  1. Per ministerie zicht krijgen in de problemen en knelpunten op het gebied van drop-out, prioriteiten aanbrengen binnen de aan te pakken probleemgebieden en het formuleren van te treffen maatregelen;
  2. Het informeren van de interne MinOWC-drop-out werkgroep over drop-out aangelegenheden van de verschillende ministeries en de besluiten rondom drop-out van het Joint Steering Committee (JSC) in het kader van Undaf, alsook het geven van instructies en adviezen aan deze interne MinOWC-drop-out werkgroep voor de implementatie van de studie rondom `drop-out’;
  3. Komen tot een definitie voor het begrip drop-out in samenwerking met de interne MinOWC-drop-out werkgroep en per ministerie nagaan wat de oorzaken zijn van drop-outs, rekening houdend met gender.

De commissie bestaat verder uit vertegenwoordigers van verschillende ministeries, waaronder: Ashna Khelawan- Mohanlal van het MinOWC, Marsha van Halen van het ministerie van Justitie en Politie, Joyce Lapar van het ministerie van Arbeid (SAO), Dwight Wandi van het ministerie van Sport- en Jeugdzaken en Rebekka Brown-Kortram van het ministerie van Sociale Zaken. De commissie staat onder leiding van het MinOWC. Dit drop-out project wordt in samenwerking met Unicef uitgevoerd en is onderdeel van het Undaf-programma.

Peneux zegt dat er heel wat trainingen en opleidingen worden verzorgd, maar hij vraagt zich af waar de studenten uiteindelijk terecht komen. Het is belangrijk om de korte opleidingen en trainingen die voor drop- outs worden verzorgd, ook te evalueren. “De trainingen moeten de studerenden wat opleveren. Hierover moet er nog een discussie plaatsvinden”, zegt hij.

Usha Adhin zegt dat de oorzaken van drop-out divers zijn. Het gaat om individuele factoren, zoals gedragingen van het kind, schoolprestaties, demografische kenmerken, maar ook om institutionele factoren, zoals kenmerken van het kind, het gezin, de school of de omgeving. Vaker gaat het om een combinatie van factoren en daarom is het belangrijk om van de groep drop-outs zelf te vernemen wat zij als oorzaken en eventuele oplossingen zien.

Na besprekingen van de resultaten van deze studie, zal bepaald worden welke invloed het MinOWC samen met andere ministeries en organisaties heeft op het daadwerkelijk verminderen van drop-outs.

More
articles