GRAINGER ZOEKT STEUN OP VERKEERDE PLAATS

President Bouterse heeft onlangs een ontmoeting gehad met zijn ambtgenoot Grainger uit Guyana. Verschillende onderwerpen werden tijdens het onderhoud, dat in Nickerie plaatsvond, aangesneden. Volgens berichten zouden de beide staatshoofden over verschillende vormen van samenwerking tussen Guyana en ons land hebben gesproken. Ook zou Guyana ons land op bepaalde gebieden kunnen assisteren. In hoeverre deze afspraken zullen worden uitgewerkt en toegepast, zal de toekomst uitwijzen, Ook de kwestie Tigri en de al 47 jaar durende militaire bezetting van ons gebied, liggende tussen Boven-Corantijn Acarai-gebergte en Coeroeni-Kutari, door Guyana kwam aan de orde. Over deze kwestie zouden er weer gesprekken kunnen volgen volgens berichten. Voor de Guyanezen was de ontmoeting met Bouterse van belang, omdat ze wensen te weten wat de positie van Suriname is ten opzichte van het grensconflict dat Guyana in het westen heeft met Venezuela. Zoals bekend, heeft Guyana niet slechts met Suriname een grensdispuut, maar ook met Venezuela, dat het gehele Essequibo-gebied als Venezolaans gebied ziet. Tijdens de koloniale periode behoorde Guyana tot Groot-Brittannië en heeft men op slinkse wijze door de inzet van de Duitser Robert Schomburgk in 1840 op unilaterale wijze grenslijnen getrokken waarbij men het Essequibo-gebied aan Brits Guyana toevoegde. Het is overigens dezelfde Duitser die verkeerde landkaarten produceerde voor de Britten waarbij het Tigri-gebied aan Guyana werd toebedeeld. In het geval van het Essequibo-gebied, werd buitenlandse arbitrage gezocht en een zeer bedenkelijk en niet-juridisch onderbouwd vonnis in het nadeel van Venezuela gewezen. De Venezolanen hun rechtsgevoel werd met dit vonnis zeer ernstig geschonden en zij hebben zich nimmer ermee verzoend. Het Essequibo-gebied wordt nog steeds door de Venezolanen geclaimd en hun drang tot inlijving van het gebied is thans nog aanzienlijker geworden, dit gezien het feit dat er in het maritieme gedeelte van Essequibo enorme aardolievoorraden zijn aangetroffen. De regering van Guyana, een land dat nog steeds deel uitmaakt van het Britse Gemenebest en deel uitmaakt van de Caricom, is zeer ongerust geraakt over de Venezolaanse houding en claimt het Essequibo-gebied dat bijna twee derde uitmaakt van het huidige Guyana. De Guyanese regering stelt dat ze de steun heeft van de gehele Caricom voor wat betreft het grensdispuut met Venezuela en verwacht natuurlijk ook vanuit Paramaribo adhesie in deze kwestie. Wij zijn ervan overtuigd dat de Guyanese president Grainger zijn Surinaamse ambtgenoot Bouterse heeft benaderd om steun te zoeken tegen de Venezolanen. Bouterse zou een heel slecht president zijn om gelijk zijn onvoorwaardelijke steun aan Grainger toe te zeggen en daarmede Unasur-partner Venezuela in de kou te laten staan. Bovendien heeft Guyana in een onafhankelijke positie sinds 1966 onder leiding van Forbes Burnham met militiair geweld ons grondgebied in het zuidwesten bezet. Het zou daarom zeer onverantwoordelijk en zelfs zeer schandelijk zijn, indien Bouterse steun aan Grainger zou toezeggen, terwijl ons territoir door hetzelfde Guyana bezet wordt gehouden. Wij dienen op zijn minst een afwachtende houding aan te nemen en zouden Grainger zelfs duidelijk moeten maken eerst uit ons gebied te moeten oprotten alvorens we ons geroepen zouden moeten voelen ons te mengen in het Essequibo grensconflict dat ons niet regardeert. De Britten hebben, naar onze mening, aan grondroof gedaan in een periode dat ze militair superieur waren tegenover de Venezolanen en Burnham heeft zich als een usurpator tegenover Suriname gedragen in 1969. En na Burnham heeft geen enkele Guyanese regering zich bereid getoond over het afstaan van het Tigri-gebied te praten. Men is er zelfs toe overgegaan allerlei beheersdaden in het gebied te plegen. Bouterse moet, naar onze mening, eerder de kant van de Venezolanen kiezen, want ook van hen is hun grondgebied door de Britten afgepakt en wel op zeer slinkse en sluwe wijze.

More
articles