VALUTAVEILING EN ONDERMIJNING

De afgelopen week hebben we de tweede valutaveiling, georganiseerd door de Centrale Bank van Suriname, gehad. De koers viel dit keer ietsje lager uit en wekte de indruk dat we langzaam naar een vorm van stabiliteit koersen, doch de veiling was nauwelijks voorbij of het werd bekend dat op het niet officiële geldcircuit er wel 5.40,- SRD voor een dollar werd geboden, omdat de vraag nog steeds het aanbod verreweg overtreft. Twee dagen geleden ging de koers op de parallelmarkt naar 5.50,- SRD voor een dollar. Het moet voor een ieder duidelijk zijn dat er krachten zijn die erop uit zijn bigi nyan te maken met de zwarte dollars en euro’s die zij in grote hoeveelheden voorhanden hebben. Het NDP-kabinet van Bouterse heeft een groot probleem en het deviezenvraagstuk steekt torenhoog uit boven de meeste andere problemen. Suriname is een importeconomie die grotendeels afhankelijk is van de US-dollar en dat veroorzaakt enorme problemen. Dat men dit vraagstuk zelf in de hand heeft gewerkt door wanbeleid en verspilling, is thans voor een ieder duidelijk. We hebben een chronisch gebrek aan dollars en euro’s en dat maakt dat heel wat personen en instanties in de problemen zijn geraakt. Vanwege het feit dat de overheid c.q. de Centrale Bank van Suriname, niet over voldoende vreemde valuta beschikt om aan de bankinstelling ter beschikking te stellen, is de moederbank ook niet in staat een vaste wisselkoers te dirigeren. En omdat het mechanisme van vraag en aanbod zich thans overduidelijk doet gelden, maken bepaalde kapitaalkrachtigen daar gretig gebruik van. Niet in het minst maken malafide figuren die over veel zwart geld beschikken daar misbruik van. Men moet niet louter wijzen naar cambio’s die kwaadwillig doende zouden zijn de koersen tegen eigen gewin op te drijven, ook lieden die nauw verbonden zijn aan de paarse partij, hebben hun pionnen aan het werk gezet om tegen een veel hogere koers dollars en euro’s te verhandelen en daarmede dus de inflatie aan te wakkeren. Importeurs die niet via de valutaveilingen aan geld kunnen komen, stappen naar de parallelmarkt waar de `haaien’ hun hogere koers aanbieden. Die hogere koers wordt dan doorberekend in de prijs van hun goederen en de consument betaalt uiteindelijk het gelag. Wat heel duidelijk moet zijn, is dat er zowel bij de groothandel als de detailhandel sprake is van een opmerkelijke omzetdaling. De koopkracht heeft namelijk enorme klappen moeten incasseren. Meer dan 30% inflatie in een jaar is iets waar we sinds het Kabinet-Wijdenbosch 1996-2000 niet meer mee te maken hebben gehad. Tijdens de regering Venetiaan II en III lag de jaarinflatie rond de 1% en was er geen sprake van een inflatie bestaande uit twee cijfers. Velen realiseren zich nu pas hoe goed Telting en Hildenberg wel niet hebben gewerkt voor ons en voor de stabiliteit en dekking van onze munt. Die dekking is thans minder dan 40 procent. Onder Telting was die dekking 100 procent. Wie heeft dat allemaal in de hand gewerkt? Het antwoord kent de lezer van deze rubriek maar al te goed. Om terug te vallen op de valutaveiling en de ondermijning, kunnen we glashard stellen dat er zeker mensen zijn die gretig misbruik maken van de huidige toestand en de regering lijkt wel vleugellam tegen de activiteiten van deze lieden. Of ze gedoogt het gewoon, omdat ze weet dat exponenten en aan hen gelieerden bezig zijn de zaak verder te verzieken in het belang van eigen gewin. Bouta moet maar eens goed laten onderzoeken wie de mensen zijn die de zaak verzieken. Hij zal er dan behoorlijk verbaasd over zijn. Mensen die pretenderen hem door dik en dun te steunen, zijn verkeerd bezig en daar dient hij juist tegen op te treden. Of hij dat kan en wil, blijft een open vraag.

More
articles