Groenteboeren zien hun inkomsten teruggaan als gevolg van de devaluatie van de Surinaamse dollar. “De inputs zijn duur en de output is er niet”, zegt Wim Bajnath, voorzitter van de Landbouwcoöperatie Kwatta. Volgens hem verliezen de groenteverbouwers, omdat de input duurder is geworden vanwege de devaluatie. Hij zegt, dat de verkoop dan ook minder gaat. “Als er niet verkocht wordt, moeten wij de prijzen droppen”, aldus Bajnath, die zegt dat waar groente normaliter goedkoop is in januari, het nu duurder is vanwege de maatregel van de regering in december. Met de regentijd straks verwacht hij ook meer verliezen. Bajnath benadrukt dat de goedkope prijs in oktober en november te maken had met de weersomstandigheden toen. Hij wijst er hierbij op dat prijsbepaling een kwestie is van vraag en aanbod.
Over de inputs, zoals de bestrijdingsmiddelen gramoxone en glisofaat, zegt hij dat er op de (wereld)markt een overschot aan deze middelen is, waardoor zij relatief goedkoop kunnen worden aangeschaft. Echter zijn andere producten, waarvan de groenteboeren juist afhankelijk zijn, duurder geworden.
Bajnath zegt dat de groenteboeren aan de ene kant in de droge tijd geen water hebben om hun arealen te bevloeien en geld moeten hebben om reservoirs aan te leggen. Aan de andere kant lopen de aanplanten waterschade op en kost het ook een grote investering om zich hiertegen te bewapenen.