Suriname heeft een derde HIV Nationaal Strategisch Plan (NSP) ontwikkeld voor de periode 2014-2020. Dit staat in het onlangs uitgekomen rapport ‘Suriname AIDS Response Progress Report 2015’, dat het ministerie van Volksgezondheid aan UNAIDS heeft doen toekomen. Deze NSP is afgestemd op nationale ontwikkeling en gezondheidsector strategieën en is gebaseerd op regionale en internationale aanbevelingen. De focus van de derde HIV NSP blijft op het bereiken van universele toegang, waarbij als prioritaire gebieden zijn geïdentificeerd ‘preventie’ en ‘behandeling en zorg’. Daarnaast wordt er met transversale kwesties als ‘Multisectorale coördinatie en samenwerking’, ‘Integratie’, ‘capaciteitsversterking’, ‘Strategische informatie’ en ‘Mensenrechten en Gelijkwaardigheid’ rekening gehouden. Uit het lijvig rapport blijkt tevens, dat HIV nog een groot punt van zorg is in ons land. Er is voor 2014 ingeschat dat in Suriname om en bij 3800 personen hiv-seropositief zijn, terwijl dat voor 2013 om een geschat aantal van 3200 ging. Als alleen seropositieven boven 15 jaar in beschouwing worden genomen, gaat het in het laatste onderzoeksjaar om 1 procent van de bevolking. Het is volgens het rapport in ieder geval evident dat in 2014 in ons land minder dan 200 mensen stierven aan de gevolgen van aids. Uit het ‘UNAIDS 2014 Gap Report’ komt overigens naar voren dat met een percentage van 69, de prevalentie hiv-geïnfecteerden onder mannelijke sekswerkers van Suriname op afstand de hoogste is in de Amerika’s. In dit rapport wordt voor de periode 2009-2013 expliciet aangegeven dat Suriname in deze categorie er absoluut boven uitstak, op afstand gevolgd door Mexico (24%) en Peru (23%). De prevalentie hiv-positieven onder vrouwelijke sekswerkers in Suriname, die vastgesteld is op vier procent, is ten opzichte van collega’s in de regio eveneens hoog.
Alleen voor Honduras is de hogere prevalentie van 6 procent geregistreerd. In het rapport, waarin de stand van zaken wordt gegeven over de hiv-behandeling in 2013 met betrekking tot de resultaten, de effecten en de mogelijkheden, komt verder naar voren, dat Surinaamse aidspatiënten, na die van Colombia en Belize, het laagste percentage in de regio noteerden van patiënten die na aanvang van de antiretrovirale therapie (ART) de behandeling na 12 maanden nog voortzetten.
