De Federatie van Oud-strijders en Ex-militairen, geleid door oudgediende Frederik ‘Fred’ Arnold van Russel, heeft vanmorgen in een ceremonie ter herdenking van het einde van de Tweede Wereldoorlog (1939 tot 1945)bij het Monument der Gevallenen aan de Waterkant, ook hulde gebracht aan strijdmakkers die in de oorlog zijn omgekomen. Het is vandaag, 14 augustus 2015, precies 70 jaar nadat Japan zich overgaf aan het leger van de geallieerden, dat was het einde van de oorlog die meer dan 60 miljoen mensenlevens had gekost.
‘Tijdens deze oorlog vertrokken 450 Surinamers als vrijwilligers naar Australië. Vandaaruit werd zij ingezet om het toenmalige Nederlands Oost-Indië (Indonesië …red. De West), dat toen door de Japanners werd bezet, te helpen bevrijden. Enkele Surinamers werden in deze oorlog gevangen gezet in interneringskampen en een aantal van onze jongens sneuvelde tijdens gevechtshandelingen. Ook zijn een aantal Surinaamse militairen verdronken, toen de boot waarop zij dienden, werd getorpedeerd,’ aldus een verslag Van Russel. Op het Monument der Gevallenen staan de namen van de 65 Surinaamse vrijwilligers die de Tweede Wereldoorlog niet hebben overleefd. Bijna de helft (30) daarvan waren opvarenden van een boot die door Duitse torpedo’s tot zinken werd gebracht.
OORLOGSINFO VOOR SCHOOLKINDEREN
De Stichting Frederik Arnold van Russel, ontvangt en informeert vandaag leerlingen van basisscholen over de oorlog en de betrokkenheid van Suriname. Hij deelt ook zijn persoonlijke ervaringen. De stichting maakt samen met vijfde klassers van drie basisscholen een educatieve dagtocht naar het Openluchtmuseum in het Fort Nieuw Amsterdam (Commewijne).
Het doel van dit project is om de (school)jeugd meer bekend te maken met dit deel van de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog en de rol van Suriname daarin. Van Russel vindt dat Surinamers, maar vooral de jeugd, te weinig weet over dit deel van de wereldgeschiedenis, waarvan de Surinaamse geschiedenis ook deel is.
De 14-jarige Siamese tweeling Chenelva en Chanieva Koolenstijn heeft ook kransen gelegd bij het monument. De in 2001 in het Diaconessenhuis Suriname geboren, maar in Nederland wonende tweeling, is met medewerking van de Stichting Frederik Arnold van Russel naar Paramaribo overgebracht. De twee meisjes van wie de hoofden aan elkaar zijn verbonden, zijn nu op vakantie in Suriname en verblijven in Brokopondo. De stichting heeft ze een gezellig weekend aangeboden en ze logeren in Paramaribo in het Royal Torarica hotel.