Met veel tamtam heeft deze regering in 2010 de macht overgenomen van het Nieuw Front. Een forse spaarpot achterlatend. De deviezenreserve zag er goed uit. Er was een importdekking van ruim 7 maanden en bijna 1 miljard dollar in de portemonnee. In bijna 5 jaar tijd daalde de monetaire reserve bij de Centrale Bank van Suriname. De grens van US$.600 werd voorbijgegaan. Er is nu minder dan dit bedrag als reserve. De koers is niet stabiel gehouden, leveranciers worden niet betaald, ziekenhuizen verkeren in ernstige problemen en het bedrijfsleven zit met de handen in het haar. Het hele economische leven is ontregeld. Keerpunt heeft al jaren erop gewezen dat de financiële reserves in problemen zijn, maar de regering deed deze zorg af met dalende prijzen van mijnbouwproducten. Maar in die periode is niet gewerkt aan een vorm van opvang of de diversificatie van de economie. Veel geld gebruikt, maar geen zichtbare en indrukwekkende projecten uitgevoerd. Op het plaatsen van een waterkraan hier en daar, is er niks indrukwekkends te vermelden. Weg naar Zee mag verzuipen, want men moet het doen met hulpdammen die het bij elke springvloed kunnen begeven. Economisch is het land er niet beter van geworden. Al geruime tijd staat de dollarkoers onder grote druk en niets wijst er-op dat het de goede kant opgaat. En toch durven coalitieleden te zeggen, dat er hier sprake is van een beter uitgangspunt dan in 2010. Hoe je dat in hemelsnaam kunt verkondigen, blijft een raadsel wanneer het gevoerde economisch be-leid het volk slapeloze nachten geeft. De val die onze reserve kent, is niet normaal. Dat kenmerkt zich steeds wanneer een NDP-regering het bewind heeft gevoerd. De monetaire reserves worden al geruime tijd door economen en politici nauwlettend in de gaten gehouden, daar die reserves in vrij korte tijd zijn gekelderd van circa U$ 1 miljard naar onder de US$ 600 miljoen. Het is evident dat de monetaire reserves zwaar onder druk staan en dat er een dalende trend waarneembaar is, omdat er regelmatig op de valutamarkt geïntervenieerd moet worden door de moederbank. Het is algemeen bekend dat er een laag aanbod van Amerikaanse dollars is, wat te verklaren is door de heersende schaarste en grotere vraag bij handelaren, de prangende onzekerheid die er heerst en het verkwistend beleid van de regering. Vooral het laatste schijnt een hobby van deze regering te zijn. Een simpel voorbeeld: de naschoolse opvang en het aantal mensen dat kort voor de verkiezingen in dienst is genomen. En dan vragen wij ons af waarom het financieel niet goed gaat met Suriname.