De sociale zorgwetten ‘Wet Nationale Basiszorgverzekering’, ‘Wet Algemeen Pensioen’ en ‘Wet Minimum Uurloon’, die eind vorig jaar zijn doorgevoerd, vormen een fikse strop voor burger, bedrijfsleven en Staat. Dit blijkt uit gesprekken van De West met relevante actoren binnen het maatschappelijk middenveld. Tevens is onze redactie geïnformeerd, dat een groot deel van de werknemers en werkgevers die verzekeringsplichtig zijn, nog altijd geen aanstalten hebben gemaakt zich te registreren en te voldoen aan de maandelijkse financiële afdrachten, waarvan overigens een miniem deel bestemd is voor de Pensioenraad en de Zorgraad. Met name voor de ‘Wet Algemeen Pensioen’ is er weinig animo om te voldoen aan de maandelijkse premie van drie procent van de bijdragegrondslag. Dit mede gezien het feit, dat wettelijk is gesteld dat die premie ingaande 1 januari 2016, jaarlijks met een half procent zal worden verhoogd tot en met een maximum van 28 procent. Met betrekking tot de ‘Wet Nationale Basiszorgverzekering’, was met veel tamtam aangekondigd dat dankzij screening bij de doorvoering van deze nieuwe Basiszorgwet, het on – en minvermogendenbestand van het ministerie van Sociale Zaken (SoZaVo) zou worden opgeschoond. Dit zou financieel voordeliger worden voor de Staat, die in dit kader voor SRD 325 miljoen per jaar ruim 235.000 burgers gratis medisch verzekerde. Simultaan met de implementatie van de wet, heeft de overheid echter tegen hogere verzekeringspremies dan voorheen het geval was, tienduizenden Surinamers tot en met 16 jaar, alsook landgenoten van 60 jaar en ouder, gratis verzekerd. Daar komen voorts bij studenten van 21 tot en met 25 jaar, huisvrouwen, personen met een beperking en on – en minvermogenden die uit de screening van SoZaVo naar voren zijn gekomen. Ruim 200.000 Surinamers, waarvan velen nooit eerder een sociale kaart hadden, vallen nu onder de gratis regeling van de overheid. De Staat zal uiteindelijk veel meer dan eerder het geval was, bijdragen aan ziekenkostenverzekering voor zij die in dienst zijn bij de overheid en voor groepen die gevrijwaard worden van betaling, mede gelet op de hoge premies van SRD 165 voor de leeftijdscategorie 21 tot en met 59 jaar en SRD 240 voor 60 jaar en ouder. De beleidsmakers werken er voorts naar toe, dat tegen eind april ruim 400.000 mensen in het Basiszorgsysteem zitten, inclusief de 30.000 binnenlandbewoners die voor medische zorg momenteel aangewezen zijn op de Medische Zending.