Het ministerie van Openbare Werken (OW) heeft zich enorm ingezet om het uitbaggeren van de vaargeul van de Surinamerivier te realiseren. In 2021 startte het baggeren door De Boer-Boskalis Joint Venture tot een diepte van 4.5 meters, die in januari 2022 is bereikt. Door middel van een nieuwe aanbesteding is er gepland in oktober 2022 te starten met het uitbaggeren tot een diepte van 5.5 m. Vanwege milieueisen mag tot september niet worden gebaggerd.
Het ministerie van Openbare Werken laat verder optekenen dat het baggerbedrijf momenteel bezig is met het onderhoudsbaggeren. Dit duurt tot oktober 2022 en kost bijkans 370 duizend Amerikaanse Dollars per maand, hetgeen neerkomt USD 4.5 miljoen per jaar. De vaargeul is over een lengte van 68 km uitgebaggerd tot een diepte van 4.5 meters. Binnenkort wordt een aanbesteding gehouden voor het uitdiepen van de vaargeul van de Suriname-rivier tot 5.5 meters inclusief onderhoud. Het uitbaggeren tot 5.5 meters start in oktober en duurt ongeveer tien maanden. De kosten hiervoor bedragen ongeveer USD 35 miljoen en worden gefinancierd door het consortium van banken in Suriname en het ministerie van Openbare Werken.
Binnen dit contract zal het traject van 68 kilometer ook op diepte worden onderhouden voor een periode van minimaal 2 jaren. De geraamde kosten bedragen USD 4.4 miljoen per jaar. Dit zal in de periode van juli 2023 tot juli 2025 geschieden. In augustus 2022 zal een workshop worden georganiseerd met de stakeholders om te praten over de toekomst van de vaargeul van de Surinamerivier. De input van stakeholders zal in deze van eminent belang zijn, want er zal nagedacht moeten worden hoe de financiering van de volgende fase zal geschieden. De eerste indicatie is dat baggeren naar grotere diepten nog extra tientallen miljoenen USD gaat kosten en die financiering is er momenteel niet. Indien de financiële ruimte beschikbaar is, zal aansluitend op de afronding van het onderhoudsbaggeren gestart kunnen worden met de aanleg van een nieuwe vaargeuldiepte.