Het gaat spannen in De Nationale Assemblee bij de verdere behandeling van de Alcoa-kwestie. Vandaag en misschien nog wel de volgende dagen, zal blijken of de leden van de coalitie zich wederom als knipmessen zullen scharen achter de regering met betrekking tot het beëindigen van de zogeheten Brokopondo-overeenkomst met de Alcoa, of dat ze grotendeels meegaan met de eisen van de oppositie en niet stemmen voor het zogeheten transactiedocument. Uit alles is de afgelopen tijd gebleken, dat de Alcoa zonder al te veel financiële kleerscheuren de Brokopondo-overeenkomst wenst te beëindigen en dat de regering Bouterse, voor Suriname onvoordelige toezeggingen aan de Amerikaanse multinational heeft gekozen. Al hetgeen Suriname heeft bereikt, heeft veel van een ‘take it or leave it deal’, zoals voorgesteld c.q. voorgehouden door de Amerikaanse onderneming. Als alleen maar wordt gekeken naar de wijze waarop men de Brokopondo Krachtcentrale wenst over te dragen aan Suriname en wel in een ‘as (it) is’ staat van onderhoud, dat wil zeggen dat Suriname van de huidige eigenaar, een stuwdam inclusief krachtcentrale overneemt ongeacht de conditie waarin die zich bevindt en ook nog accepteert, dat het reusachtige object met alle eventueel bestaande tekortkomingen c.q. defecten, wordt aanvaard. En dat is nu juist de “booby trap” waar we niet in mogen trappen. De Alcoa weet precies wat de kosten van onderhoud op jaarbasis zijn van de stuwdam, de krachtcentrale, alle hulpdammen langs het stuwmeer en andere objecten die inherent zijn aan dit enorme waterkrachtwerk. De Amerikaanse maatschappij verdiende in de afgelopen decennia genoeg aan de aluminiumsmelter en de aluinaardefabriek om de Brokopondo Krachtcentrale te kunnen onderhouden en kende en kent het kostenplaatje als geen ander. Het onderhoud van de krachtcentrale en het gehele waterkrachtsysteem, werd tot in de puntjes uitgevoerd en daarvoor werden miljoenen dollars vrijgemaakt. Hoe vaak werden er geen turbines voor groot onderhoud gelicht en gereviseerd? Zodra dat nodig was, werd dat overeenkomstig een onderhoudsschema uitgevoerd. Onderhoud is in de goed georganiseerde westerse wereld een vereiste en garandeert de continuïteit. Maar juist omdat men nu de Brokopondo krachtcentrale in een ‘as (it) is’ staat wenst over te dragen, moet men deze voorwaarde met groot argwaan tegemoet treden. Hier schuilt een zeer gevaarlijk en kostbaar addertje onder het gras. Zal Suriname in staat blijken dit werk naar behoren te onderhouden en wel met de huidige tarieven die door de EBS aan de gemeenschap worden doorberekend? Zal men in staat zijn de transmissielijnen vanuit Afobaka naar Paranam op een adequate wijze te blijven onderhouden? En waar zal dat geld vandaan moeten komen? Allemaal zaken waar men goed over na dient te denken, alvorens men zeer blij geraakt met een dode mus. De regering dient op haar achterste benen te gaan staan en eisen, dat ze de Brokopondo Krachtcentrale in perfect onderhouden staat overgedragen krijgt met alle bijbehorende onderdelen, een goed overzicht van het kostenplaatje en welk regelmatig onderhoud zeker moet plaatsvinden om de continuïteit van de stroomvoorziening aan ons land, te kunnen garanderen. Met een ‘as (it) is’ overdracht moet deze regering helemaal geen genoegen nemen. Het beste is om hernieuwde onderhandelingen met de Alcoa aan te gaan en dat dit keer DNA eerlijker wordt ingelicht over hetgeen besproken en afgesproken wordt. Maar volgens Akiemboto, is het daar nu te laat voor. Velen zijn van mening dat al hetgeen thans op tafel ligt, niet acceptabel is en in het nadeel van Suriname werkt.