De oppositie in het parlement heeft in een gisteren ingediende motie erop aangedrongen dat er spoedonderzoek door de Centrale Landsaccountantdienst (CLAD) wordt ingesteld naar de aankoop van het ambassadegebouw in Parijs, Frankrijk. De regering wordt opgedragen alle stukken door te geleiden naar het Openbaar Ministerie, teneinde met spoed een onderzoek in te stellen in samenwerking met CLAD en andere nationale en internationale experts.
In de motie die krachtens artikel 39 van het Reglement van Orde, ter goedkeuring aan De Nationale Assemblee (DNA) is voorgelegd, geven de indieners aan, de uiteenzetting door de regering van het te voeren beleid voor het dienstjaar 2018 alsook de inzichten en de antwoorden van de regering op de gestelde vragen in DNA te hebben aangehoord, echter zou de regering tot nu toe geen volledige informatie terzake hebben opgestuurd naar het parlement, ondanks het nadrukkelijke verzoek daartoe.
Uit stukken in het bezit van de ondergetekenden en de reeds verschafte informatie, zou blijken dat Suriname voor de aankoop van het gebouw aandelen heeft gekocht van N.V. Soguele Administration (SA) ter waarde van vijf miljoen vijfhonderdduizend euro (€ 5.500.000).
Uit de brief van 15 juni 2012, blijkt dat het ministerie van Buitenlandse Zaken aan het ministerie van Financiën, vijf miljoen zeshonderdvijftigduizend euro (€ 5.650.000) vraagt om vrij te maken en dat enkele dagen later voor bijkomende kosten achthonderdvijfentwintig duizend euro (€ 825.000) extra is gevraagd, terwijl niet aangegeven is wat de bijkomende kosten zijn.
Uit de verkregen missive inzakeblijkt, aldus de oppositie, dat de Raad van Ministers een totaal bedrag van zes miljoen vijfhonderdzevenennegentigduizendvijfhonderd euro (€ 6.597.500) heeft goedgekeurd voor het pand, dus meer geld dan aanvankelijk was aangegeven.
Volgens de indieners heeft de minister van Buitenlandse Zaken bij de beantwoording van vragen, deze onduidelijkheden niet kunnen wegmaken en zouden de wijze van beantwoording alsook de stukken die overlegd zijn, de indicatie versterken van gepleegde onoorbare handelingen.
Het voorgaande zou een gegronde indicatie zijn, dat bij de aankoop dan wel overdracht van bezittingen in strijd met geldende regels waaronder comptabele regels en procedures is gehandeld, waardoor de Staat Suriname ernstig is benadeeld.
De motie is getekend door de oppositieleden Chandrikapersad Santokhi, Ashokkoemar Gajadien, Dew Sharman, Djotie Jaggernath, Jitendra Kalloe, Shailendra Girjasing, William Waidoe, Ingrid Karta-Bink, Marinus Bee, Dinotha Vorswijk, Diana Pokie, Gregory Rusland, Patricia Etnel en Carl Breeveld.