Bestuurskundige August Boldewijn gelooft niet in het politieke spel waarmee minister Regillio Dodson van Natuurlijke Hulpbronnen (NH) bezig is. Dodson heeft onlangs ontkend dat scalians nog steeds aan goudwinning doen op het stuwmeer. Volgens de bewindsman zijn de scalians bezig kwikresten op te ruimen.  De uitspraak van Dodson roept een aantal vragen op bij Boldewijn. “Ik vraag me dan af welke techniek men gebruikt om de kwikresten op te ruimen, want dat heeft de minister niet uitgelegd.”

Boldewijn vertelt dat als er eenmaal kwik in water terecht komt, die zich inderdaad gaat vermengen met andere zaken die daar voorkomen, in dit geval in het stuwmeer. Daarom zou er een speciale techniek toegepast moeten worden. Boldewijn beaamt de uitspraak van de minister dat de groene kleur van het water niet door de werkzaamheden van de scalians komt, maar door de algen. Daarom vindt hij het raadzaam dat de minister ook uit komt leggen wat de scalians precies doen om het water te zuiveren.

“De minister komt namelijk niet geloofwaardig over.”

Volgens Boldewijn hebben de boven hem gestelden hem wederom opgedragen de scalians weer op het stuwmeer toe te laten. “Toen de scalians verplaatst moesten worden naar de Sarakreek, heeft de minister niets gezegd. Plotseling moeten ze weer terug naar het meer.”

Als het inderdaad zo was, dat de scalians een bepaalde techniek hadden om het water te reinigen, dan vraagt de bestuurskundige zich af, waarom dit dan niet is doorgespeeld aan de kleinschalige goudzoekers. Dan was er volgens hem nooit een vervuilingsprobleem opgetreden.

Het doel van het stuwmeer is om water te huisvesten voor de elektriciteitsopwekking. “De minister moet daarom voorzichtig handelen, omdat het stuwmeer voor de helft van de elektriciteit in Paramaribo zorgt. Er mogen geen apparaten op het meer komen die voor nare consequenties zorgen”, aldus Boldewijn. Hij voegt verder toe dat scalians niet bijdragen aan de economie van het land, maar in privé bezit zijn van een aantal mensen dat nog goudactiviteiten wil ontplooien.

De West heeft over dit vraagstuk ook een reactie gevraagd aan Cedric Nelom, directeur van het Nimos, maar hij wilde hierop niet in te gaan, omdat hij niet over voldoende informatie beschikt.

-door Kimberley Fräser-