Het nieuwe schooljaar begint in oktober. Scholieren uit de verre districten zullen dan dagelijks de stad moeten aandoen om naar school te gaan. Voor degenen die familie in de stad hebben en voor wie er een onderdak gevonden kan worden, is het geen probleem. Maar er zijn ook scholieren die helemaal geen familie in de stad hebben, noch vrienden waar zij kunnen logeren. Wat gebeurt er dan met deze scholieren? Wel, dat is heel simpel. Een studentenkamer kan een oplossing zijn. Maar hoe betaalbaar zijn de kamers heden ten dage? In vergelijking met het jaar 2016, zijn de prijzen van studentenkamers fors verhoogd. Voorheen betaalde een scholier SRD 400 tot SRD 500 per maand voor een kamer met een gezamenlijke keuken, bad en toilet. Tot onze verbazing zijn de prijzen van een studentenkamer nu minimaal SRD 800, zonder internet en ongemeubileerd. Hoe willen wij dan ouders stimuleren om hun kinderen te laten studeren? Hoe kunnen scholieren zich verder ontwikkelen? Moeten wij het de verhuurders kwalijk nemen of de overheid? Het is de taak van de overheid om ervoor te zorgen dat scholieren tegen een betaalbare prijs opvang kunnen krijgen dichtbij de scholen. Door de economische crisis is het al voor heel wat ouders moeilijk om aan het eind van de maand uit te komen met hun salaris. Waar vandaan moeten de ouders dan het geld halen om opvang voor hun kinderen in de stad te betalen. Een andere zaak die speelt, is dat de verhuurders op een hele makkelijke manier geld proberen te maken, omdat zij weten dat ouders er alles aan zullen doen om hun kinderen naar school te sturen. Vaak genoeg zijn het mensen dichtbij de scholen die hun huis transformeren in een studentenflat. Het wordt hoog tijd dat de overheid ook deze mensen gaat controleren. Of beter nog, een regeling treft om hun huurprijzen betaalbaar te houden. Anderen zijn weer van mening dat de scholieren zelf ook een steentje kunnen bijdragen door parttime te werken. Echter vragen wij ons af waar er vandaag de dag nog werkgelegenheid is in ons land, bedrijven weigeren zelfs de vakantiejobbers van de overheid. De regering moet niet alleen zeggen dat onderwijs belangrijk is, ze moet ook de randvoorwaarden scheppen voor scholieren om onderwijs te kunnen volgen.