A sori keba en we waren dan ook helemaal niet verrast toen we vernamen dat Suriname geconfronteerd werd met de zoveelste afwaardering van zijn kredietwaardigheid, in het Engels zo mooi neergezet als `raring’ en dit keer is het Moody’s die ons wederom een douw geeft en laat zien dat we het echt niet goed doen op financieel , economisch en monetair gebied. Moody’s brengt ons van Ba3 naar B1 en dat allemaal in navolging van Standard & Poor’s en Fitch die ook al vonden dat de vorige ratings voor ons land te mooi waren en gebaseerd waren op andere, meer positieve data. Mooi is dat en nu weten we allemaal dat nog meer buitenlandse instellingen en in het bijzonder de financiële hun neus voor ons zullen ophalen. Ook de investeerders die nog even bereid waren deze kant op te kijken, lopen nu vrijwel zeker weg of stellen zulke voorwaarden die voor land en volk alleen maar nadelig zullen zijn, mocht er toch nog besloten worden een samenwerking met Suriname aan te gaan. Het moet voor een ieder duidelijk zijn en in het bijzonder voor de regering onder leiding van Desi Bouterse, dat men in het buitenland ons goed bestudeert en kijkt naar onze verrichtingen gebaseerd op het beschikbare cijfermateriaal. En juist dat materiaal is niet alleen voor ons om te huilen, maar maakt zeker een zeer slechte indruk op de buitenlander die wel weet hoe het moet en bijvoorbeeld niet gaat zitten graaien in een monetaire reserve die als dekking moet dienen voor een nationale munteenheid. De opeenvolgende devaluaties geven al gauw aan dat de zaak uit de hand is gelopen en dat het land afstevent op de afgrond. Een investeerder van formaat hoeft maar slechts enkele audits door te nemen en weet waar hij aan toe is en neemt zijn beslissing snel over het wel of niet gaan met zijn geld naar een bepaald land. Ratings zijn daarbij heel belangrijk en we zitten dus thans door wanbeleid van de machthebbers diep in de put. De wisselkoersen zijn nog steeds niet stabiel en dat komt door de sociale onrust die eraan dreigt te komen. Ook weten we allemaal dat onze macro-economie behoorlijk ontregeld is en dat onze overheid nog steeds aan het verspillen is en meer denkt te kunnen uitgeven dan ze verdient. Dat de productie in dit land thans stagneert en er meer bedrijven dicht dan open gaan, moet ook duidelijk zijn. Dagelijks verliezen mensen hun werk en dat mag ook glashard gesteld worden. En wanneer ratingbureaus zien dat een overheid niet kan bogen op stijgende inkomsten en dat ze eerder te maken heeft met afnemende verdiensten, dan krijg je een mindere kredietwaardigheidnotering aan je broek. Wat doet een regering die zich in een dergelijke situatie gemanoeuvreerd heeft? Ze luistert, indien verstandig, naar mensen die zouden kunnen helpen en gaat niet op dezelfde desastreuze wijze voort. Maar de regering Bouterse luistert niet en denkt nog steeds met hetzelfde beleid het te kunnen redden. Snelt in paniek naar het IMF die haar dan gelijk in een worggreep houdt en zal bepalen wat ze wel en niet zal mogen en kunnen doen. Andere geldschieters zijn allang hard weggelopen, want met een dergelijk beleid en een corrupte regering zij niets te maken hebben. De regering Bouterse dient zich heel goed te realiseren dat ze in een behoorlijk isolement is beland en dat het IMF haar flink de les kan en zal lezen . Ze zal aan de leiband van dit fonds moeten blijven lopen, wil ze niet helemaal te gronde gaan in een niet te controleren chaos die zich op elk vlak zal manifesteren. Een wijze redacteur van deze krant stelde eens: “Begi man no abi mandi”, en dat is precies wat de regering Bouterse thans is, een Begi man van het zuiverste soort. De ironie wil dat ze de handen thans moet ophouden voor dezelfde bakra basi waar ze in het verleden zo op heeft afgegeven. En het is haar eigen exponent op Financiën die door zijn beleid, dat hij gevoerd heeft de afgelopen vijf jaar, haar in de armen van bakra basi heeft gedreven. De man had door het isolement waarin deze regering verkeerde, niet veel keus dan mee te gaan met de verspilling die thans zeer negatieve gevolgen heeft voor het gehele land en volk. Indien men in staat was geweest plausibel financieel, economisch en monetair beleid te voeren in de afgelopen zes jaar, dan zaten we thans niet zo in de problemen en waren we niet genoodzaakt aan te kloppen bij een worginstantie als het IMF. De regering Bouterse II mag er geen moment vanuit gaan dat het Surinaamse volk een zogenaamd structureel aanpassingsprogramma, zoals het IMF dat wenst te dicteren, zal accepteren. De katibo die daar het gevolg van zijn, zal ondraaglijk zijn en daar komt zeker verzet tegen. De komende dagen en weken zal blijken welk lot ons beschoren zal zijn. Wij hebben er zeker geen goed gevoel over.