De voorzitter van DA’91, Angelique Del Castilho, uit stevige kritiek op het huidige migratiebeleid van Suriname ten aanzien van Cubaanse staatsburgers. In een interview stelt zij, dat het beleid op meerdere vlakken internationale verdragen dreigt te schenden, onvoldoende transparant is en leidt tot humanitaire drama’s.
Del Castilho erkent het belang van enige financiële zekerheid bij reizigers, zoals ook door overste Remy Samuel van de Militaire Politie werd gesteld. “Maar dat mag nooit een reden zijn, iemand zonder wettelijke basis de toegang tot het land te weigeren”, aldus Del Castilho. Ze benadrukt dat in andere landen deze zaken via visumprocedures of garantstellingen worden geregeld, en niet via directe uitwijzing bij aankomst. “We lopen het risico vluchtelingenrechten met de voeten te treden.”
Volgens Del Castilho balanceert Suriname gevaarlijk dicht bij schendingen van internationale afspraken over vluchtelingenrechten. “In de praktijk worden deze mensen niet erkend als vluchteling, laat staan dat er procedures zijn die hun rechten faciliteren”, waarschuwt ze.
Del Castilho wijst bovendien op een zorgwekkende trend, waarbij Cubanen strenger behandeld zouden worden dan andere nationaliteiten. “Zonder heldere richtlijnen en bij gebrekkige transparantie, ontstaat willekeur. Dat is een voedingsbodem voor institutionele discriminatie.” Ze roept op tot een onafhankelijk onderzoek naar deze mogelijke ongelijke behandeling.
Het ontbreken van duidelijke informatie over toelatingseisen, lange wachttijden en trage afhandeling van visa en paspoorten, zorgen volgens de politica voor frustratie en corruptiegevoelige situaties. “We moeten het systeem hervormen en helder communiceren met zowel onze burgers als migranten. Onzekerheid voedt misbruik”, stelt ze.
Del Castilho verbindt het huidige beleid ook aan de tragische gebeurtenis op de Marowijnerivier, waarbij migranten het leven lieten tijdens een illegale oversteek. “De overheid laat grensgebieden structureel in de steek, zonder basisvoorzieningen als onderwijs of gezondheidszorg. Dat dwingt mensen tot gevaarlijke keuzes.”
Ook waarschuwt ze dat de historisch warme betrekkingen tussen Suriname en Cuba op het spel staan. “We lopen diplomatieke schade op als Cubanen ons land als vijandig ervaren. We moeten oppassen dat we de verkeerde boodschap uitzenden.”
Met haar oproep tot hervorming en transparantie wil Del Castilho het debat openen over de wijze waarop Suriname omgaat met migranten – en in het bijzonder de kwetsbare groep Cubanen, die op zoek is naar veiligheid en bestaanszekerheid.
DA’91 over Tigri: ‘Een vergeten grenskwestie’
In de slotfase van het gesprek benadrukte Del Castilho ook dat DA’91 een van de weinige partijen is, die in haar verkiezingsprogramma expliciet aandacht besteedt aan de grenskwestie rond het Tigri-gebied. “Suriname moet het Tigri-dossier actiever en strategischer op de internationale agenda zetten. We mogen geen millimeter van ons grondgebied, uit het oog verliezen”, aldus Del Castilho. Volgens haar is het tijd dat deze decennialange bezetting door Guyana met meer politieke daadkracht wordt aangepakt.
Dit is een sterk en gevoelig punt dat zeker een extra politieke laag toevoegt aan de discussie over Tigri. Ik heb het artikel hieronder verder aangevuld met een extra paragraaf over de rol van de CARICOM, waarin Del Castilho’s suggestie en de impliciete taalbarrière binnen de regio, aan bod komen:
Daarnaast vindt Del Castilho dat de CARICOM, waarvan zowel Suriname als Guyana lid zijn, een veel actievere en meer bemiddelende rol zou moeten spelen. “De CARICOM mag zich niet terughoudend opstellen, wanneer het gaat om gevoelige grenskwesties tussen lidstaten. Er is behoefte aan principiële leiderschap, juist van een regionale organisatie die vrede en samenwerking nastreeft.” Del Castilho suggereert bovendien dat de invloed van Suriname binnen de CAEICOM, mogelijk wordt ondermijnd door het feit dat het geen Engelstalig land is. “We moeten waken voor een stilzwijgende marginalisering. Regionale solidariteit mag geen taalgrens kennen.”
-door Glenn Cooman-