Suriname ziet een opvallende en aanhoudende stijging in het aantal Cubaanse staatsburgers, dat zich tijdelijk of voor langere tijd, vestigt in ons land. Volgens gegevens van het Korps Militaire Politie, arriveerden er in het jaar 2024 maar liefst 15.264 Cubanen op de Johan Adolf Pengel Luchthaven (JAP), tegenover slechts 2.812 die vertrokken. In de eerste vier maanden van 2025 zijn daar nog eens 6.790 aankomsten bij gekomen, tegenover 684 die vertrokken. Dat betekent een netto instroom van bijna 19.000 personen in zestien maanden tijd.
De toename roept vragen op binnen de samenleving en beleidskringen over de motivatie van de migranten en de voorbereidingen van Suriname om deze groep op te vangen. Sommigen wijzen erop, dat Suriname mogelijk als doorreisland wordt gebruikt naar onder andere Zuid-Amerikaanse landen zoals Brazilië en of Uruquay.
Tegelijkertijd circuleren berichten, dat Cubaanse reizigers bij aankomst een bedrag van 1.000 US-dollar moeten kunnen aantonen, om toegang tot Suriname land te krijgen. Dit zou bedoeld zijn als bewijs c.q. garantie dat zij in staat zijn in hun levensonderhoud te voorzien tijdens hun verblijf. Luitenant-Kolonel Roy Samuel, commandant van het Korps Militaire Politie, nuanceert deze berichten. “Ik ben niet op de hoogte van een verplicht bewijs van 1.000 US-dollar bij aankomst”, zegt Samuel. Wel verwijst hij naar de algemene richtlijn, dat toeristen ongeveer 25 US-dollar per dag aan middelen moeten kunnen aantonen. “Voor een verblijf van 30 dagen komt dat neer op 750 US-dollar. Dat is een aanvaardbaar bedrag, en wordt gehanteerd als praktische maatstaf.”
De discrepantie tussen het gerucht van een vaste 1.000 dollar en de officiële richtlijn van 25 dollar per dag, werpt vragen op over de duidelijkheid en communicatie van het migratiebeleid, vooral nu het aantal migranten uit met name Cuba, aanzienlijk stijgt. In tegenstelling tot de Cubanen blijft de instroom van Dominicanen beperkt. In dezelfde periode van zestien maanden arriveerden er slechts 1.858 Dominicanen, waarvan 1.041 ook weer vertrokken.
De cijfers tonen aan dat Suriname in korte tijd geconfronteerd wordt met een nieuwe migratierealiteit, die beleidsmatig, om aandacht vraagt. De toegenomen druk op woonruimte, gezondheidszorg, onderwijs en informele werkgelegenheid is al merkbaar, in verschillende districten. Tot op heden hebben de ministeries van Buitenlandse Zaken, Justitie en Politie, en Arbeid geen officiële standpunten of beleidsmaatregelen naar buiten gebracht over deze migratiestroom. Maatschappelijke organisaties en districtscommissariaten pleiten inmiddels voor meer duidelijkheid, coördinatie en ondersteuning, om te voorkomen dat deze migratiegolf uitmondt in sociale spanningen of overbelasting van tal van voorzieningen.