Het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) is bezig met de voorbereidingen voor de import van 1500 melkkoeien uit Brazilië, van het melkrijke Gyr-ras. Deze operatie, bedoeld om de lokale melkproductie te verhogen en voedselzekerheid te verbeteren, loopt enige vertraging op door strenge voorwaarden vanuit Brazilië. De eerste koeien worden nu tegen midden dit jaar verwacht. De dieren zullen eerst worden ondergebracht in een quarantaineruimte in Dirkshoop, Saramacca, die momenteel wordt gebouwd. Ook wordt er 40 hectare grond klaargemaakt voor grasland en worden extra stallen gerealiseerd. De import is verspreid over een jaar en zal in vier tot vijf bootladingen plaatsvinden. Volgens het ministerie, kan een Gyr-koe onder gunstige omstandigheden dagelijks 40 tot 50 liter melk produceren. Momenteel wordt in Suriname slechts een derde van de jaarlijkse consumptie van 7,5 miljoen liter melk, lokaal geproduceerd.
Ondanks de ambitie van het ministerie, heerst er onvrede onder melkboeren. De Veehouders Bond Suriname (VHS), onder leiding van voorzitter Mukesh Ramlagan, uitte zijn zorgen over de hoge kosten van de geïmporteerde koeien. Volgens de boeren is de prijs niet haalbaar zonder subsidie. Volgens minister Parmanand Sewdien wordt de prijs vastgesteld door de internationale partij in Brazilië. ‘’We hebben een openbare inschrijving gehouden waar boeren zich vrijwillig voor konden aanmelden”, aldus de minister. Hoewel een gesubsidieerde prijs uitgesloten is, bekijkt het ministerie wel ondersteuningsmogelijkheden.
Sewdien benadrukt, dat de afbetaling niet in één keer hoeft te gebeuren en dat hij zijn directeur heeft opgedragen, in dialoog te blijven met de VHS. “We moeten dit samen oplossen. Het moet geen pressiegroep worden, maar een partnerschap.” Volgens landbouwdeskundige ir. Dennis Panka, is het initiatief op papier een stap in de juiste richting, maar schort het aan transparantie en participatie. “Een importproject van deze omvang moet niet enkel top-down worden uitgevoerd. De betrokkenheid van boeren in de besluitvorming, is essentieel voor het slagen ervan.”
Panka wijst op de noodzaak van duurzame begeleiding voor boeren. “Als zij moeten investeren in nieuwe stallen, voeder en veterinaire zorg, dan moet er ook een duidelijk businessmodel tegenover staan. Anders zitten we straks met dure koeien en teleurgestelde boeren.”