De Vooruitstrevende Hervormingspartij (VHP) blijft vooralsnog de grootste politieke partij van Suriname. Uit de nieuwste politieke peiling van het Nederlandse opiniebureau ViewTure in samenwerking met het Surinaamse LC Media, blijkt dat de VHP 17 zetels zou behalen, met een foutmarge van één zetel. De Nationale Democratische Partij (NDP) consolideert haar positie als tweede grootste partij met een prognose van 14 zetels, terwijl de Nationale Partij Suriname (NPS) een opmerkelijke opmars maakt en met 10 zetels nu de derde partij van het land is geworden.
De peiling werd in maart en april 2025 uitgevoerd door Maurice de Hond van ViewTure en Carlos Durham van LC Media. Het duo heeft in 2015 ook peilingen verricht waarin de uiteindelijke verkiezingsoverwinning van de NDP nauwkeurig werd voorspeld. Destijds leidde dat tot ophef, maar de resultaten bleken achteraf voor 98 procent accuraat, aldus de UNDP.
Opvallend in de huidige peiling is het effect van het nieuwe kiesstelsel, waarbij de landelijke evenredigheid leidend is geworden. Grote partijen als de VHP en de ABOP, die onder het districtenstelsel zetels konden behalen met relatief weinig stemmen in bepaalde districten, leveren nu in. Zo behaalde de VHP in 2020 nog 4 zetels in Nickerie met 11.783 stemmen. Onder het nieuwe systeem levert dit nu maximaal twee zetels op, bij een kiesdeler van 5.750 stemmen, zoals berekend door verkiezingsdeskundige Lothar Boksteen. Ook in Saramacca en Commewijne is een gelijkaardige verschuiving te zien.
De NDP verliest 2 zetels, onder meer in Coronie waar in 2020 met slechts 919 stemmen twee zetels werden behaald. Volgens het nieuwe systeem zijn deze stemmen nu onvoldoende voor zelfs één volledige zetel. De ABOP halveert in deze peiling van 8 naar 4 zetels. De Partij voor Levensvervulling (PL) en Alternatief 2020 (A20) behalen elk 4 procent van de stemmen en zouden volgens de prognose, uitkomen op 2 zetels.
Daarmee maakt A20 voor het eerst haar entree in De Nationale Assemblee. De BEP behaalt 3 procent en behoudt haar 2 ze-tels. Andere partijen of combinaties komen in deze peiling niet boven de kiesdrempel uit.
De tevredenheid over de regering San-tokhi/Brunswijk is laag. Slechts 9 procent van de respondenten geeft aan tevreden te zijn, terwijl 56 procent ontevreden is over het gevoerde beleid. Meer dan de helft daarvan is zelfs zeer ontevreden. Bij de VHP-achterban is 25 procent tevreden en 23 procent ontevreden, wat duidt op verdeeldheid binnen de eigen achterban. Wat betreft de algemene situatie in het land, zegt 66 procent van de kiezers dat het nu slechter gaat dan vijf jaar geleden. Dertig procent vindt het zelfs veel slechter, terwijl 13 procent geen verschil merkt en nog geen vijfde van de respondenten vindt dat het beter is geworden. Binnen de VHP-achterban zegt 48 procent dat het beter gaat, tegenover 34 procent die het slechter vindt. Ondanks de kritiek op de regering, geniet president Chandrikapersad San-tokhi nog steeds de voorkeur als president na de verkiezingen. Hij wordt door 26 procent van de kiezers als eerste keus ge-noemd. Jennifer Simons van de NDP volgt met 22 procent, terwijl haar partijgenoot Ashwin Adhin verrassend derde staat met 10 procent. Gregory Rusland van de NPS krijgt 9 procent van de voorkeurstemmen. Andere potentiële presidentskandidaten zoals Ronnie Brunswijk (ABOP), Bronto Somohardjo (PL), Steve Reyme (A20), Ronnie Asabina (BEP), Krishna Mathoera (VHP), Ingrid Bouterse (NDP) en Angelique del Castilho (DA’91) worden nauwelijks genoemd als serieuze opties.
Gevraagd naar prioriteiten voor een nieuwe regering, noemt 37 procent van de res-pondenten het herstel van de economie als hoogste prioriteit. De gezondheidszorg komt op de tweede plaats met 21 procent, gevolgd door de strijd tegen corruptie met 17 procent. Onderwijsverbetering scoort 10 procent, terwijl verhoging van de productie en versterking van de koopkracht elk door zes procent van de respondenten als topprioriteit worden gezien.
Wat betreft de verwachte inkomsten uit de olie- en gassector vanaf 2028, zijn de me-ningen onder kiezers verdeeld. Dertig procent vindt dat deze inkomsten moeten vloeien naar een staatsinvesteringsfonds. Iets meer, 31 procent, vindt dat de middelen vooral de staatskosten moeten dekken, terwijl 33 procent voorstander is van rechtstreekse verdeling onder de bevolking.
Een nieuwe zetelpeiling van ViewTure en LC Media wordt een week voor de verkiezingen gepubliceerd.