Uitspraak in strafzaak tegen Hoefdraad bepalend voor verder verloop proces

De strafzaak tegen Gillmore Hoefdraad, voormalig minister van Financiën, kreeg op 17 maart 2025 zijn vervolg in hoger beroep bij het Hof van Justitie. De zaak stond op de agenda voor het laatste woord van de verdachte, maar Hoefdraad was niet fysiek aanwezig. Zijn raadsman overhandigde een volmacht aan het Hof, waardoor de advocaat namens Hoefdraad zijn standpunt kon inbrengen. In zijn laatste woord benadrukte de verdediging dat de rechten van de verdachte sinds zijn in staat van beschuldigingstelling in 2020 zouden zijn geschonden.

Hoefdraad werd destijds beschuldigd van ernstige financiële misdrijven, waaronder fraude en verduistering van staatsgelden. De aanklachten tegen Hoefdraad hebben te maken met vermeende illegale handelingen tijdens zijn ambtstermijn als minister van Financiën, met betrekking tot de afhandeling van leningen en andere financiële transacties die grote schade aan de staatskas zouden hebben veroorzaakt. Tijdens de zitting op 17 maart benadrukte de verdediging dat er procedurele fouten waren gemaakt bij de in staat van beschuldigingstelling en het verzamelen van bewijsmateriaal. Het juridische team van Hoefdraad betoogde dat dit de rechtspositie van de voormalige minister ernstig had geschaad.

Het Hof van Justitie heeft aangegeven, dat de uitspraak in deze zaak op een nader te bepalen datum zal volgen. De uitspraak zal bepalend zijn voor het verdere verloop van het proces, dat grote gevolgen kan hebben voor zowel de politieke als juridische toekomst van Hoefdraad.

More
articles