Met de verkiezingen in aantocht, benadrukt minister Marciano Dasai van Ruimtelijke Ordening en Milieu, de noodzaak van een goed doordacht beleid voor ruimtelijke ordening en milieubeheer. Voorafgaand aan de vergadering van de Raad van Ministers op woensdag, gaf hij aan welke prioriteiten de komende maanden centraal staan.

Een van de speerpunten is de lancering van een structurele visie, die de basis moet leggen voor de ruimtelijke ordening in Suriname. “Ons land heeft een enorme rijkdom aan natuurlijke hulpbronnen, met 93 procent bosbedekking, landbouwmogelijkheden en mijnbouwpotentieel. Het is cruciaal dat we die op een duurzame manier benutten”, aldus Dasai. “De visie moet duidelijk maken waar investeerders het best kunnen investeren zonder de status van Suriname als carbon-negatief land in gevaar te brengen, en die is afhankelijk van onze bosbedekking.”

Daarnaast werkt het ministerie aan bestemmingsplannen voor specifieke regio’s, zoals Albina en Adjoni, waar al stappen zijn gezet richting duurzame ontwikkeling. De minister benadrukte de groeiende aandacht voor milieubeheer. Suriname heeft zich in de Environmental Performance Index (EPI) verbeterd van de 80e naar de 36e plaats wereldwijd. Toch blijven er uitdagingen, zoals de chemicaliën die worden gebruikt in de landbouw en de mijnbouw. De Nationale Milieuautoriteit, die vorig jaar werd opgericht, speelt wat betreft wet- en regelgeving hierover, een belangrijke rol. Het ministerie zet in op capaciteitsopbouw en het uitwerken van nieuwe milieubeleidsmaatregelen.

Naast milieubescherming ziet de regering kansen in de handel van carbon credits. “We werken samen met landen als Duitsland, Singapore en Korea. Ook een groot Amerikaans bedrijf heeft interesse getoond”, aldus Dasai.

Met deze initiatieven hoopt de minister bij te dragen aan een evenwichtige economische groei, waarbij milieu en ontwikkeling hand in hand gaan. “Er is nog veel werk te doen, maar met de juiste visie kunnen we Surinames potentieel ten volle benutten.”