Een onderzoek van de Verenigde Naties (VN) heeft aan het licht gebracht, dat in 2019, ongeveer 633 kilogram goud, met een waarde van 24 miljoen Amerikaanse dollar, uit Suriname in Oeganda terechtgekomen. Oeganda, dat zich de afgelopen tien jaar heeft ontwikkeld tot een belangrijk regionaal handelscentrum voor goud, heeft een reputatie opgebouwd als epicentrum van het witwassen van goud in Afrika. Dit wordt mede mogelijk gemaakt door lakse regelgeving en de betrokkenheid van machtige figuren binnen het land, zo stelt een rapport van de Global Initiative Against Transnational Organised Crime.
Volgens het artikel op de website van Independent.co.ug, worstelt Suriname al jaren met de problematiek rond illegale goudwinning en -export. De recente onthullingen over goudstromen richting Oeganda roepen vragen op over de herkomst en de controle op de handel van Surinaams goud. Hoewel officiële exportcijfers een deel van de handel verklaren, blijft een aanzienlijk deel van de goudstroom buiten het zicht van de autoriteiten. Dit kan duiden op smokkel en het gebruik van omwegen om internationaal striktere regelgeving te ontwijken.
Uit VN Comtrade-gegevens blijkt dat tussen 2015 en 2023, ruim 280.000 kilogram goud, met een geschatte waarde van 13 biljoen dollar, Oeganda is binnengekomen. Dit goud is afkomstig uit verschillende landen, waaronder gesanctioneerde naties zoals Zimbabwe en Venezuela, maar ook uit conflictgebieden zoals de Democratische Republiek Congo en Zuid-Soedan. De handel in conflictmineralen voedt instabiliteit in deze regio’s en leidt tot ernstige mensenrechtenschendingen.
Volgens de VN betrekken in Kampala gevestigde goudraffinaderijen, zoals Metal Testing and Smelting Company en Euro Gold Refinery, goud uit omringende landen, vaak via illegale smokkelroutes. Goud uit de DRC wordt bijvoorbeeld via motorfietsen naar de stad Arua vervoerd, waarna het in Oeganda wordt gezuiverd en doorverkocht op de internationale markt. Handelaren in Oeganda profiteren van een belastingvrij regime voor goudimporten, waardoor het land een aantrekkelijke hub is voor de verwerking en doorvoer van goud uit dubieuze bronnen.
De Surinaamse goudsector wordt gedomineerd door zowel grote multinationale mijnbedrijven als kleinschalige en informele mijnwerkers. De vraag rijst in hoeverre Surinaams goud, mogelijk afkomstig uit illegale goudwinning in het binnenland, via internationale omwegen in deze handel terechtkomt. Hoewel Suriname zichzelf profileert als een verantwoordelijke speler in de wereldwijde grondstoffenhandel, blijkt uit de Oegandese casus, dat de controlemechanismen mogelijk tekortschieten.
Onder druk van de internationale gemeenschap heeft de Oegandese regering recentelijk nieuwe maatregelen aangekondigd om de illegale goudhandel aan banden te leggen. In 2024 werd Oeganda gecertificeerd onder het mineraalcertificeringsprogramma van de Internationale Conferentie over het Grote Merengebied (ICGLR), een initiatief dat erop gericht is om mineralen traceerbaar te maken en hun ethische herkomst te garanderen. Toch blijven experts waarschuwen dat de implementatie van deze certificering gebrekkig is en dat de mazen in de wet, op grote schaal worden benut door smokkelaars.
Voor Suriname kan deze kwestie aanleiding zijn om de regulering van de eigen goudsector onder de loep te nemen. De afhankelijkheid van de economie van goudexport maakt het noodzakelijk om te waarborgen dat de handel transparant verloopt en niet bijdraagt aan internationale criminele netwerken. De vraag blijft, hoe de Surinaamse autoriteiten de traceerbaarheid en legaliteit van de goudhandel kunnen verbeteren om te voorkomen dat het land, al dan niet onbewust, deel uitmaakt van een bredere keten van witwaspraktijken.
Dit artikel is tot stand gekomen met steun van The Resilience Fund And Transparency Advocacy.