Advocaat Gerard Spong uit Nederland, heeft gisteren tegenover ABC online nieuws, zijn reactie gegeven over de juridische aanmaning van de advocaten van de familie Bouterse tegen procureur-generaal (PG) Garcia Paragsingh. Volgens Spong is het openbaar maken van de doodsoorzaak van oud-president Desiré Bouterse, geen schending van het medisch geheim en hebben de advocaten van de familie “geen schijn van kans”, om hier juridische gevolgen aan te verbinden.

Spong benadrukte dat publieke figuren doorgaans geen volledig recht hebben op privacy. “Ten eerste was Bouterse een publieke figuur, en publieke figuren staan erom bekend dat privédetails vaak openbaar worden gemaakt”, aldus Spong. Toevoegend zei hij, dat het rapporteren van de doodsoorzaak van publieke figuren al jaren als journalistieke praktijk wordt beschouwd, en geen inbreuk vormt op het medisch geheim.

Spong wees op de vermeende hypocrisie van de familie Bouterse en stelde, dat als er één persoon in Suriname is die zelf nooit moeite heeft gehad met het openbaar maken van privégegevens, dan is het Desi Bouterse wel. “Bouterse meende destijds dat de slachtoffers van de Decembermoorden ‘op de vlucht’ waren, wat ook een vorm van openbaarmaking van privé-informatie is”, aldus Spong.

Hij is echter van mening dat dit standpunt geen juridische grond heeft. Hij vergelijkt de situatie met andere gevallen waarin autoriteiten informatie openbaar maken, zoals bij verkeersongevallen waarbij alcoholgebruik in het spel is. “Dit wordt als normaal beschouwd, dus waarom zou het hier anders zijn?”

Ingrid Bouterse-Waldring, de weduwe van Desi Bouterse, uitte eerder haar ongenoegen over het feit dat het Openbaar Ministerie de doodsoorzaak van haar echtgenoot openbaar maakte. Ze noemde het handelen van de PG “pijnlijk” en “vernederend”. Haar advocaten eisen verantwoording en overwegen juridische stappen tegen de PG. De familie Bouterse claimt dat de openbaarmaking onrechtmatig was en spreekt over een mogelijke schadevergoeding. Spong zei, dat schadevergoeding alleen kan worden toegekend als er sprake is van een onrechtmatige daad. ‘’In dit geval is daar absoluut geen sprake van’’, stelde Spong.

Hij benadrukte tot slot dat niet elke kwetsing juridisch relevant is. “Het moet pijnlijk zijn geweest voor de nabestaanden van de slachtoffers van de Decembermoorden om destijds op televisie te horen dat hun geliefden ‘op de vlucht’ waren en daarmee schuldig werden gemaakt aan een strafbaar feit. Dat was net zo kwetsend, maar er werd destijds niets tegen ondernomen.”