Centrale Bank finaliseert concept wetgeving Depositobeschermingssysteem

De Centrale Bank van Suriname (de CBvS) heeft op woensdag 13 november jl., het concept van de wetgeving voor het creëren van het depositobeschermingssysteem in Suriname gefinaliseerd. Hierbij wordt een fonds opgericht dat het uitkeren van vergoedingen aan rekeninghouders zal financieren, indien een bank of spaarinstelling in betalingsonmacht komt te verkeren. Het depositobeschermingssysteem garandeert tegoeden van rekeninghouders tot een voorgesteld bedrag van SRD 50.000,- per persoon, per bank of spaarinstelling. Met dit gegarandeerde bedrag wordt circa 90 procent van alle rekeningen in Suriname volledig beschermd.

Governor Maurice Roemer over dit moment: ‘’Dit is een mijlpaal voor Suriname en een belangrijke stap in de verdere ontwikkeling van een gezond en weerbaar financieel stelsel. De bescherming van rekeninghouders, groot en klein, is een groot goed en zal een stabiliserende factor zijn.’’ De Centrale Bank heeft in het voorbereidende traject waardevolle ondersteuning gehad van De Nederlandsche Bank (DNB). Cees Ullersma, hoofd Internationale Samenwerking van DNB, zegt dat er een grote hoeveelheid werk in korte tijd is verzet. Dit project is daarmee een goed voorbeeld van de uitstekende samenwerking tussen de CBvS en DNB. ‘’Het is van grote waarde dat juist ook rekeninghouders met een laag tegoed, goed beschermd zijn’. Het fonds wordt gefinancierd door in de eerste plaats premies betaald door banken en spaarinstellingen. Het fonds heeft een beoogde omvang van 8 procent van de totale waarde aan gegarandeerde deposito’s in Suriname. Het systeem garandeert ook (omgerekend naar SRD) rekeningen in vreemde valuta als USD- en EUR-rekeningen. Indien een bank of spaarinstelling in betalingsonmacht komt te verkeren, zorgt de CBvS ervoor dat rekeninghouders hun geld spoedig terugkrijgen. Deze termijn wordt gesteld op dertig werkdagen en zal in lijn met internationale standaarden stapsgewijs teruggebracht worden naar zeven werkdagen. De ontwerpwet zal nu worden aangeboden aan de minister van Financiën en Planning om in het wetgevingstraject gebracht te worden.

More
articles