De CEO van Staatsolie, Annand Jagesar, heeft onlangs verklaard dat Suriname een veel gunstiger productiedelingsovereenkomst heeft gesloten met TotalEnergies dan Guyana met ExxonMobil. Hij benadrukte dat terwijl Guyana een royalty van slechts 2 procent heeft en een winstverdeling van 50 procent zonder belastingen, Suriname een royalty van 6,25 procent hanteert. Bovendien kent Suriname een variabele winstverdeling waarbij hogere olieprijzen gunstiger uitvallen voor het land, en lagere prijzen bescherming bieden aan de aannemers. Het belastingtarief in Suriname is bovendien stabiel op 36 procent.
De CEO voegde eraan toe dat “de deal goed is, maar dat iedereen moet kunnen overleven in deze samenwerking.” Deze opmerkingen komen op een moment dat Guyana’s oppositieleider, Aubrey Norton, heeft aangegeven dat zijn partij, de People’s National Congress Reform (PNCR), bij verkiezingswinst in 2025 zal streven naar heronderhandelingen met ExxonMobil om gunstigere voorwaarden voor Guyana te verkrijgen.
Ondertussen heeft de Suriname-Guyana Kamer van Koophandel (SGCC) de aankondiging van de Final Investment Decision (FID) door TotalEnergies, APA Corporation en Staatsolie voor het GranMorgu-project in Blok 58 verwelkomd. Deze historische investering van USD 10 miljard markeert een belangrijke mijlpaal voor Suriname’s energie- en economische sector. Volgens de SGCC zal dit project zorgen voor werkgelegenheid, capaciteitsopbouw en regionale samenwerking, met voordelen voor zowel Surinaamse als Guyanese bedrijven, met name in logistiek en oliediensten.
Ambassadeur Liselle Blankendal van Suriname, die sprak tijdens een evenement van de International Business Conference (IBC), noemde de FID een historisch moment voor Suriname. Ze benadrukte dat deze investering de economische banden tussen Suriname en Guyana verder zal versterken en belangrijke kansen zal creëren voor groei en samenwerking in de regio.