De vicepresident van Guyana, Bharrat Jagdeo, heeft zijn enthousiasme uitgesproken over de potentiële “gedeelde infrastructuur” tussen Guyana en Suriname, gezien hun status als buurlanden met aanzienlijke aardolievoorraden. Recentelijk heeft TotalEnergies de definitieve investeringsbeslissing (FID) aangekondigd voor het olieontwikkelingsproject Block 58 Gran Morgu. Dit project, met een waarde van 10,5 miljard dollar, richt zich op de productie van 750 miljoen vaten ruwe olie. Guyana, dat profiteert van verschillende olieveldontwikkelingen in het Stabroekblok, heeft Suriname gefeliciteerd met zijn eerste olieontwikkeling.

Jagdeo benadrukte dat Guyana ernaar uitkijkt om synergiën met Suriname te creëren. Hij gaf aan dat het Block 58-pro-ject zich primair op olie richt, maar dat er ook aandacht moet zijn voor de ontwikkeling van gas. “Suriname heeft aanzienlijke gasvoorraden ontdekt, en de ontdekkingen in Guyana nabij de grens met Suriname bevatten ook meer gas,” voegde hij eraan toe.

“We moeten blijven samenwerken binnen het kader van ons project of ons doel om dit gas te gelde te maken, hetzij binnen dit project of op afzonderlijke wijze. Het is belangrijk dat we hierover blijven overleggen,” zei Jagdeo.

Zowel ExxonMobil als TotalEnergies hebben ontdekkingen gedaan voor de kust van beide landen, en Jagdeo merkte tijdens een persconferentie op 3 oktober op dat er aanzienlijke gasreserves liggen nabij hun gezamenlijke grens. Hij vermeldde ook dat hij met de Surinaamse minister van Buitenlandse Zaken, Albert Ramdin, had gesproken over de mogelijkheden voor verdere gesprekken. “Hij is van plan om met een team af te reizen, en ik heb beloofd hem een datum te geven voor die gesprekken,” zei de vicepresident.

Naast de bilaterale samenwerking ging Jagdeo ook in op de bredere kwesties van energieontwikkeling in opkomende economieën, met een speciale focus op Afrika en het Caribisch gebied. Hij onderstreepte de verantwoordelijkheid van ontwikkelde landen, die historisch gezien de grootste uitstoot hebben veroorzaakt. Jagdeo bekritiseerde de druk die ontwikkelde landen uitoefenen op ontwikkelingslanden om prioriteit te geven aan klimaatactie, vaak ten koste van hun energiezekerheid en ontwikkelingsdoelstellingen. Hij pleitte ervoor dat landen in Afrika niet in energiearmoede zouden moeten worden gedwongen en niet ontmoedigd mogen worden om hun gasbronnen te gebruiken voor energieproductie, terwijl de ontwikkelde landen hun eigen gasproductie blijven uitbreiden. “Gelukkig negeren ze sommige van deze oproepen en zetten ze hun ontwikkeling met vastberadenheid voort,” aldus Jagdeo.

Guyana streeft naar een twee-fasenstrategie voor de kleinschalige ontwikkeling van gas, met een verwachte productiecapaciteit van maximaal ongeveer 125 miljoen kubieke voet per dag (mcf/d). De eerste fase van het Gas-to-Energy-project zou in 2025 van start moeten gaan, met een initiële productie van 50 mcf/d. Recentelijk heeft de overheid ook biedingen uitgeschreven voor de tweede fase. Daarnaast heeft Guyana Fulcrum LNG geselecteerd om in gesprek te gaan met ExxonMobil over de mogelijkheden voor grootschalige aardgasontwikkeling.