Vermiste vrouw vermoedelijk door echtgenoot vermoord en begraven

De politie van het bureau Calcutta en medewerkers van de afdeling Forensisiche Opsporing (FO) hebben op woensdag 4 september 2024 in bijzijn van familieleden het ontzielde lichaam van de 52-jarige Sh.M. gehuwd H. die als vermist was opgegeven, aan de achterzijde van het perceel waar zij logeerde aan de Rijweg  naar Coppename in het district Saramacca opgegraven.

Het slachtoffer was op dinsdag 3 september 2024, door een familielid als vermiste opgegeven op het politiebureau Calcutta. Volgens het voorlopige onderzoek van de politie is naar voren gekomen dat de vrouw samen met haar echtgenoot R.H. in Nederland woonachtig was en de afgelopen drie maanden logeerde aan de Rijweg naar Coppename in het district Saramacca. Toen het echtpaar terug zou gaan naar Nederland, bleek de vrouw onvindbaar en kon de familie haar telefonisch ook niet bereiken.

Hierdoor deed de familie het logeeradres van het echtpaar aan, alwaar zij de echtgenoot van de vrouw aantroffen. Aangezien de echtgenoot onsamenhangende verklaringen aangaf, werd de politie ingeschakeld. Ook bij de politie legde de man tegenstrijdige verklaringen af. Bij een ingesteld onderzoek door de politie van voormeld bureau werd op het erf van het logeeradres te Calcutta een damestas gewikkeld in een plastic zak gevonden, inhoudende persoonlijke spullen van de vermiste, waaronder haar paspoort, een mobiele telefoon, sieraden en andere zaken.

De echtgenoot verklaarde niet te weten wie de tas op het erf heeft gelegd. De politie heeft daarna samen met familieleden op 4 september 2024 het gebied uitgekamd en na enige tijd aan de achterzijde van bedoelde  perceel een paadje aantroffen, waarop iemand pas moest hebben gelopen. In het aangrenzende bos, bleek er iets te zijn begraven. Na de opgraving bleek het om het lijk van de vermiste vrouw te gaan. De echtgenoot werd als verdachte aangemerkt en met deze zaken geconfronteerd. Hij ontkende iets van de moord op zijn vrouw af te weten. R.H. werd in de boeien geslagen en de zaak is overgedragen aan de afdeling Kapitale Delicten. R.H. is na afstemming met het Openbaar Ministerie (OM) door de politie in verzekering gesteld. Het stoffelijk overschot is in opdracht van het OM hangende het onderzoek ter obductie door de politie in beslag genomen.

More
articles