Kortgedingrechter: ‘Leden ziekenhuisbonden hadden niet over mogen gaan tot werkneerlegging’

De kortgedingrechter heeft eerder deze week uitspraak gedaan in de zaak tussen de staat en de ziekenhuisbonden (Algemene Bond Personeel Academisch Ziekenhuis Paramaribo, ABPLAZ, de Bond van Personeel in Dienst van ‘s Lands Hospitaal, BLH, en de Bond Personeel Sint Vincentius Ziekenhuis, BSVZ)). Maandag hebben de staat Suriname en de ziekenhuizen een vordering bij de kortgedingrechter ingesteld tegen de ziekhuisbonden. De kortgedingrechter is van oordeel dat de ziekenhuisbonden het geschil eerst aan de rechter hadden moeten voorleggen, en niet over hadden mogen gaan tot werkneerlegging.

De staat en de ziekenhuizen vorderden dat de bonden zouden worden veroordeeld om de staking op te schorten en hun leden op te roepen tot werkhervatting, op straffe van een dwangsom. Zij vorderden dit omdat zij van mening waren, dat de bonden ten onrechte het middel van staking hanteerden, terwijl er geen sprake is van een arbeidsconflict. De aanleiding voor deze vordering was het feit dat de staat en de ziekenhuizen in een geschil kwamen met de bonden naar aanleiding van de uitkering van een toelage, namelijk de overbruggings-wervings- en behoudtoelage, anders genoemd de brain drain-toelage. De bonden hadden in juli 2024 erop aangedrongen, dat de toelage werd uitgekeerd. De minister van Volksgezondheid had in reactie daarop aan de bonden meegedeeld, dat het niet mogelijk was om de toelage in juli 2024 uit te keren. De bonden hebben daarna in een schrijven aan de minister van Volksgezondheid meegedeeld, dat de minister tot 15 augustus 2024 12.00 uur, de gelegenheid heeft om de toelage uit te keren. In het schrijven werd gesteld dat indien de minister geen gehoor gaf aan het verzoek, de vakbondsmiddelen zouden worden ingezet. Doordat de toelage niet is uitgekeerd, zijn de bonden in staking gegaan.

De bonden hebben tijdens het kort geding verweer gevoerd, waarbij zij aangaven, dat zij het middel van staking niet ten onrechte hebben aangewend. Zij stellen dat zij recht hebben op de uitkering van de toelage.

Op 20 augustus 2024 heeft de kantonrechter uitspraak gedaan in de zaak. De kantonrechter heeft beslist dat de bonden voor het geschil dat is gerezen tussen partijen over de vraag of in juli 2024 de toelage uitgekeerd moest worden, niet in staking mochten gaan. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de bonden dat geschil aan de rechter hadden moeten voorleggen en niet over hadden mogen gaan tot werkneerlegging. De bonden zijn daarom veroordeeld om binnen één uur na de uitspraak van het vonnis, de staking op te heffen en de leden op te dragen om het werk te hervatten.

More
articles