In De Nationale Assemblee (DNA) is de Wet Money Laundering en Terrorismefinanciering (WMTF) besproken. VHP-fractieleider Asiskumar Gajadien, zei dat de aanpassing en aanscherping van deze wet van cruciaal belang is.
Volgens Gajadien zijn deze wetswijzigingen belangrijk in het kader van de National Risk Assessment (NRA), waarbij de effectiviteit van de regelgeving belangrijker is dan de regelgeving zelf. De effectiviteit van de monitoring van Anti-Money Laundering (AML) en het tegengaan van terrorismefinanciering die vooral afhankelijk is van de inzet van goede instituten en een sterk functionerende Belastingdienst. Hij benadrukte dat zonder een sterke Belastingdienst, elke transactie in het land als zwart geld wordt gezien.
Door goede monitoring van die regelgeving, blijft het financiële verkeer toegankelijk voor eenieder, zonder enig risico’s dat personen worden uitgesloten.
Minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS), ging in op de Wet Internationale Sanctie, die voortvloeit uit internationale verdragen van de VN. Het doel van deze wet is om de internationale vrede en veiligheid te bevorderen. Ramdin stelde dat er geen sprake is van blacklisting voor Suriname. De Verenigde Staten hebben slechts de exportprocedures verscherpt voor alle landen die niet op de Wassenaar-lijst staan. Ramdin zei vervolgens dat de kwestie inzake de 19,5 miljoen euro, wordt behandeld door de rechterlijke macht in Nederland. “De regering zal zich niet mengen in deze rechtszaak, omdat dit een zaak is voor de Nederlandse rechterlijke macht. Wel heeft de regering goed overleg gehad met betrokken bedrijven, banken en de Centrale Bank van Suriname en hebben zij advocaten in dienst genomen om juridische stappen te ondernemen”, aldus Ramdin.