Ministerie van Onderwijs draait doorstroombeleid terug

De ambitieuze hervormingsagenda in het onderwijs van de vorige minister, gericht op doorstromen in het basisonderwijs, een negende en tiende leerjaar en het verminderde belang van een algemene landelijke toets, wordt door de huidige leiding verlaten. Het stopzetten van doorstromen is niet met dezelfde communicatie aangekondigd als het doorstromen. En een herkansingsbeleid moet de bovenbouw op weg helpen in het tegengaan van te veel zittenblijvers.

De internationaal maatschappelijk bewezen voordelen van het doorstroombeleid, zijn voor bestuurders te aantrekkelijk om volledig naar het oude systeem van een rigide oordeel aan de hand van overgangsnormen alleen, terug te keren. De beleidsdocumenten houden rekening met inzage en met protest. Een cultuurwijziging van het traditioneel verticaal model waarin kinderen en ouders als belanghebbenden weinig inspraak toekwam. Daarnaast bieden cijfermatig onderbouwde normen een houvast voor beleidsmakers binnen het onderwijs en op schoolniveau voor het lager onderwijs.

De rol van de leerkracht wijzigt ook in dat opzicht van één met bijna onbegrensde beleidsvrijheid en licht toezicht vanuit landelijke inspectie, naar norm gestuurd onder begeleiding van de beleidsmakers binnen de school.

Nieuwe richtlijnen voor herkansingen

Om transparantie en duidelijkheid te bieden bij het toekennen van herkansingen, heeft de school nieuwe richtlijnen opgesteld. Deze richtlijnen bepalen welke leerlingen in aanmerking komen voor een herkansing op basis van hun eindcijfers in Nederlands en Rekenen. De mogelijke scenario’s zijn als volgt:

  1. Herkansing Nederlands: Een leerling met een eindcijfer 4 voor Nederlands en een 5 of hoger voor rekenen, krijgt een herkansing voor Nederlands.
  2. Herkansing Rekenen: Een leerling met een eindcijfer 4 voor Rekenen en een 5 of hoger voor Nederlands, krijgt een herkansing voor Rekenen.
  3. Dubbele herkansing: Een leerling met een eindcijfer 4 voor zowel Nederlands als Rekenen, krijgt herkansingen voor beide vakken.

De overgangsnormen die aan het eind van het schooljaar gelden, blijven van kracht. Leerlingen die niet voldoen aan deze normen, blijven zitten. Echter, zij die voldoen aan de herkansingsnormen, krijgen een tweede kans.

Leerlingen die een herkansing mogen doen, ontvangen geen volledig rapportboekje of cijferlijst. In plaats daarvan krijgen zij een strookje met de mededeling dat zij in aanmerking komen voor een herkansing. Ouders of verzorgers van deze leerlingen worden uitgenodigd voor een gesprek waarin verdere instructies worden gegeven. Na de herkansingen worden de aangepaste cijfers bijgewerkt in het rapportboekje of op de cijferlijst. Hierop wordt ook vermeld of de leerling wel of niet is bevorderd na de herkansing.

Deelname aan de lessen tijdens de herkansingsperiode is niet verplicht, maar deelname aan de herkansingstoets(en) is dat wel. Het inhalen van een toets is niet mogelijk. Leerlingen die niet deelnemen aan de herkansingstoetsen, ondanks dat zij de mogelijkheid hebben gekregen, blijven zitten.

Deze nieuwe richtlijnen zijn bedoeld om leerlingen een eerlijke kans te geven om hun cijfers te verbeteren en alsnog over te gaan naar het volgende schooljaar.

De werkelijke test van de werking van deze nieuwe middenweg, komt bij het moment van overgang aan het einde van het lopende schooljaar, dat inmiddels al in zicht komt.

More
articles