De Surinaamse regering heeft de komst van 50 gezinnen goedgekeurd voor een landbouwproject dat begint met 30.000 hectare (tweemaal de jaarlijkse ontbossing in Suriname) en kan oplopen tot 300.000 hectare, aldus Terra Invest, het bedrijf dat verantwoordelijk is voor het overbrengen van de mennonieten uit Bolivia. De inheemse Surinaamse bevolking zet vraagtekens bij de concessie van land aan buitenlanders, terwijl zij al tientallen jaren eist dat de staat hun landrechten erkent. Suriname is het vierde minst dichtbevolkte land ter wereld, met drie inwoners per vierkante kilometer. Het beschikt over een gevarieerde bevolking, van Europese afstammelingen tot indianen (afstammelingen van Indiase mensen) en Marrons (afstammelingen van voormalige slaven). De inheemse bevolking bestaat uit ongeveer 20.000 mensen (3,8% van de totale bevolking), waarbij de Kaliña (Cariben), Lokono (Arawak), Trio (Tirio, Tareno) en Wayana de vier meest talrijke zijn, volgens informatie van IWGIA, een mondiale organisatie die pleit voor de rechten van inheemse volkeren.
Adrian Barbero, een partner bij Terra Invest, het bedrijf dat Boliviaanse mennonieten naar Suriname brengt, zegt dat er “ongebreidelde ontbossing” zal plaatsvinden en dat de impact aanzienlijk zal zijn, maar de mennonieten vestigen zich niet op plaatsen waar er problemen kunnen zijn met de inheemse bevolking. Hij beweert echter dat op de gronden die zijn bedrijf aan de mennonieten overdraagt, slechts 50 procent ontbossing zal worden toegestaan. Barbero beweert ook dat hij de hoeveelheden land heeft geregistreerd die de Boliviaanse mennonieten nodig hebben, in totaal meer dan 1 miljoen hectare.
Milieudeskundigen waarschuwen voor het risico van massale ontbossing in Suriname, het land met het hoogste percentage bos op zijn grondgebied wereldwijd: 92,6 procent. Zij waarschuwen ervoor dat de uitgestrekte cultuur van de mennonieten en hun impact op de ontbossing in de landen waar zij wonen, laat zien dat indien zij zich vestigen in Suriname, het oerwoud in Suriname bedreigd wordt. Suriname is jungle, letterlijk: oerwoud. Het is een land met 163.000 km² (iets kleiner dan Uruguay), waarvan 92,6 procent bedekt is met bomen, waardoor het de wereldtitel heeft voor het land met het hoogste percentage bos op zijn grondgebied. In deze jungle leven inheemse volkeren van wat de natuur hen biedt. Maar plotseling wordt de wilde symfonie onderbroken door het gebrul van een bulldozer. Zijn missie: bomen vellen in die schijnbaar oneindige jungle, die niet oneindig is. Deze jungle heeft geen asfaltwegen; om je erin te verplaatsen, moet je door de lucht gaan of door de aderen van de rivieren navigeren.
Hoe zijn de mennonieten in Suriname gekomen, en welke invloed zal dit hebben op het bos?
Dit verhaal vindt zijn oorsprong in Santa Cruz, Bolivia, waar meer dan 120 doopsgezinde koloniën zijn, en waar Adrian Barbero, een Argentijnse landhandelaar, woont, nadat hij tien jaar geleden een genaturaliseerde Boliviaan was geworden. Hij is samen met Ruud Souverein, een in Suriname gevestigde Nederlander, partner in het agrarisch vastgoedbedrijf Terra Invest en verantwoordelijk voor de lobby bij de Surinaamse overheid, de projectontwikkeling, de logistiek en alles wat te maken heeft met de komst van de mennonieten in Suriname. Door twee jaar lang te lobbyen zijn ze erin geslaagd de Surinaamse regering zover te krijgen dat ze 30.000 hectare grond ter beschikking krijgen, die ze vervolgens aan de mennonieten zullen overdragen. Volgens Barbero maakt dit deel uit van een project waarin de Surinaamse overheid 300.000 hectare (1,8% van haar grondgebied) wil omzetten in gewassen. Dit komt overeen met tweemaal de oppervlakte van São Paulo, Brazilië, de dichtstbevolkte stad van Latijns-Amerika, met ruim 12 miljoen inwoners. Zo zullen ze, volgens vertegenwoordigers van inheemse volkeren en milieuactivisten, zonder iemand te raadplegen, bomen wegvagen uit die maagdelijke jungle. Barbero beschouwt zichzelf als de ‘wereldreferentie voor de mennonieten’ omdat zij 50 procent van zijn klantenkring vertegenwoordigen, en, in zijn woorden, hij hen begrijpt en ervoor zorgt dat ze niet negatief worden bekeken. “Niet omdat ze de aardigste jongens ter wereld zijn, maar omdat ze zaken voor mij genereren, en ik zorg voor mijn zaken”, zegt hij.
In september 2022 verschijnt Barbero in een video op zijn TikTok-account video en Su Cuenta de TikTok: We zijn in de zuidoostelijke regio van Suriname, midden in de jungle, bezig met het opruimen van oud braakland dat daar lag, om wat werk te beginnen. Het tafereel is een stuk land, een heuvel, al volledig aardekleurig, waar niets groens over is. Op de achtergrond egaliseert een bulldozer de bomen. Dit beeld is misschien in geen enkel ander land ter wereld ongewoon, maar in Suriname heeft het een krachtige betekenis: het is het begin van ‘iets’, de komst van mennonieten, mensen met een agrarische roeping en een uitgebreide cultuur die de uitstekende reputatie hebben van hardwerkend en eerlijk te zijn, maar ook de slechte reputatie van ‘geen boom laten staan’.
En dat is niet alles, want het beeld van de machine die bomen vernietigt, heeft ook een betekenis die verder gaat dan het milieu en zich begeeft op het gebied van de rechten van inheemse volkeren. De Surinaamse regering, als landeigenaar, heeft nu landconcessies verleend aan buitenlandse mennonieten, terwijl sinds hun onafhankelijkheid van Nederland, eisen inheemse volkeren erkenning van hun landrechten. In bijna een halve eeuw heeft de staat niets erkend voor de inheemse bevolking, terwijl de mennonieten binnen een paar jaar een concessie kregen.
Bron: https://www.revistanomadas.com/bolivian-mennonites-bring-the-hell-of-deforestation-to-suriname/