President reageert niet inhoudelijk op bestemming 550.000 hectare bos

President Chandrikapersad Santokhi reageerde onlangs op de recente uitspraken die zijn gedaan over grondtoewijzingen aan de mennonieten door de regering, waarbij gezegd wordt dat deze gronden ook tribale volkeren betreffen. “Dit berust op onwaarheid. Als president en namens de regering, benadruk ik dat er geen gronden zijn uitgegeven aan de mennonieten. Zij spelen geen enkele rol bij het grondenvraagstuk, zoals gesuggereerd. Ze zullen alleen land kopen als het reeds bestemd is voor landbouw, zonder aanspraken van tribale volken en inheemsen”, aldus Santokhi.

Volgens het staatshoofd is voor mennonieten de eerste en essentiële stap altijd overleg plegen met het traditioneel gezag in de omgeving, waarbij respect voor cultuur en geloof van anderen wordt gehandhaafd. “Tot op heden bezitten mennonieten geen land in Suriname.’’ Ook wordt benadrukt dat de vele onwaarheden die circuleren in de Surinaamse media, de ontwikkeling van Suriname, voornamelijk op het gebied van landbouw en veeteelt, belemmeren. Het bedrijf heeft een naslagwerk samengesteld met feiten om de discussie te baseren op waarheid en niet op misleidende informatie. ‘’Laten wij geen tijd verliezen aan onwaarheden en met elkaar samenwerken aan welzijn en ontwikkeling van ons geliefd land”, benadrukt Santokhi.

Geen inhoudelijk reactie

Bij nadere analyse menen betrokkenen, dat de uiting zijdens de president nadere analyse verdient. Zo geeft de president aan, dat uitspraken zouden zijn gedaan over grondtoewijzingen. De critici en klokkenluiders hebben echter nooit gesteld dat grond reeds toegewezen is.

Waar concreet aandacht voor gevraagd is, door de klokkenluiders is:

  1. Wijziging van de bestemming van grote gebieden bosgrond naar landbouwgrond, door de regering en in opdracht van de president van de Republiek Suriname; en
  2. Aanvragen door stichtingen, van grond.

Daarnaast is met voorbeelden en met bronvermelding en vindplaats in de Dave Podcast d.d. 15 januari 2024 te kennen gegeven, dat de mennonieten en leveranciers van goederen en diensten aan de mennonieten, als geïnteresseerde belanghebbenden zelf naar buiten getreden zijn in diverse internationale media en dat zij hebben gezegd, benaderd te zijn geworden door de regering voor landbouwactiviteiten. Zij zouden naar eigen zeggen concreet uitzicht hebben op landbouwgrond, die dezelfde omvang heeft als aanvragen, door de minister van Landbouw, Veeteelt en Visserij, in opdracht van de president, gericht aan de minister van Grond en Bosbeheer, voor wijzigging van bestemming van grote gebieden bosgrond, naar landbouwgrond.

Reactie zijdens Ruud Souverein, de vertegenwoordiger van Terra Invest Suriname & Guyana, is dat wel aanvragen gedaan zijn, namelijk voorbij Witagron, 35.000ha en een aanvraag voor 16.000ha nabij Tibiti. Behalve aanvragen zou er al een niet nader benoemde bereidverklaring zijn, voor een perceelland met grootte 400 ha.

De president stelde, dat degenen naar wie hij verwijzing maakt, zou hebben gezegd, dat deze gronden ook tribale gronden betreffen. De perceellanden waar het om gaat zijn, volgens de kaarten welke door de onderzoekers zijn vervaardigd, binnen de grens van gebieden, internationaal als tribale leefomgeving gemarkeerd in het Ka’lina- en Lokono-vonnis van 2015, van meer dan acht in stamverband levende gemeenschappen, waaronder Donderskamp, Corneliskondre, Tapoeripa en Hedoti en Sabaru. De gebieden, door Terra Invest Suriname & Guyana zelf benoemd, bevestigen nogmaals, dat minstens voor de omgevingen Maratakka, Tibiti en Witagron wel degelijk sprake is van de leefgebieden van in stam verband levenden. De president heeft in januari 2022 opdracht gegeven tot de aanvraag door de minister van Landbouw, Veeteelt en Visserij, van omzetting van de bestemming van bosgebied naar landbouwgrond. In geval van toewijzing van de aanvraag, zou de regering conform de regelgeving van ruimtelijke ordening, een wettelijk concreet gedefinieerde grondaanspraak hebben bewerkstelligd. Dit zou de aanspraak van de tribale volken en inheemsen, dat naar Surinaams recht ondanks de belofte van regering Sanotkhi-Brunswijk, niet wettelijk beschermd is, maar beschermd wordt door internationale conventies en rechtspraak, verzwakken, omdat de Wet Bosbeheer de positie van de in stamverband levenden beschermd en die verplichting niet meer rechtstreeks zou gelden. De wijziging van de bestemming resulteert aan de landbouwgrond volgens verouderde wetgeving ontdoen van de aanspraken van tribale volken en inheemsen.

More
articles