Vicepresident Ronnie Brunswijk ging gisteren tijdens de jaarafsluiting van zijn kabinet, nauwelijks in op het vonnis van ex-president Bouterse en zijn eventuele verzoek tot gratie. Volgens Brunwijk heeft Bouterse zijn eigen ‘doodvonnis’ getekend, omdat hij reeds in 2019 de mogelijkheid had om zichzelf gratie toe te kennen. Echter heeft hij dat niet gedaan en het is nu aan deze regering om zich daarover te buigen. Toen het vonnis in 2019 werd uitgesproken door de Krijgsraad, was Bouterse aanzittend president. “Als hij dat had gedaan, was het toen afgelopen. Maar als regering zullen we daarover praten”, zegt de vicepresident. Hij benadrukte geen verdere uitspraken te willen doen over deze kwestie, daar het een aangelegenheid van de president is.
Of Brunswijk gratie verdient, is volgens Brunswijk niet voor hem om te bepalen. “Hij heeft het recht om gratie aan te vragen als ieder mens. Als dat moment komt, dan zien we het wel”, merkt Brunswijk op. Volgens Brunswijk kan Bouterse slechts gratie aanvragen voor zijn veroordeling. “Als het zover is, zullen wij als regering ons hierover buigen”, aldus de vicepresident.