De Surinaamse Federatie van Belastingadviseurs (SFB) is zeer onaangenaam verrast met de ingediende initiatiefwet tot wijziging van de Wet Dividendbelasting 1973 en de Wet Inkomstenbelasting 1922. “Na bestudering ervan komt de SFB tot de conclusie dat dit wetsontwerp overkomt als een ad-hocmaatregel die weinig doordacht lijkt. Ook mist de SFB de samenhang hiervan binnen het overige fiscale beleid van de regering”, aldus Roy Shyamnarain, voorzitter van de SFB.
“Deze maatregel lijkt een beloning te zijn voor belastingplichtigen die jaren de heffing van dividendbelasting en inkomstenbelasting hebben ontlopen, en nu in één keer de kans krijgen om de in hun NV’s opgepotte winsten, belastingvrij aan zichzelf uit te keren. En dat terwijl de regering juist nu naarstig op zoek is naar meer financiële middelen om de allesomvattende economische malaise in ons land het hoofd te bieden”, benadrukt Shyamnarain.
Een grotere onrechtvaardigheid in deze tijd lijkt moeilijk denkbaar, stelt de SFB, vooral omdat het hier gaat om een initiatiefwet uit De Nationale Assemblee. “Het kan niemand ontgaan zijn, dat het grootste deel van de gemeenschap op dit moment ernstig gebukt gaat onder de gevolgen van de rommelige implementatie van de BTW, en loontrekkers zelfs massaal de straat op moeten gaan om een evenwichtigere belastingdruk over hun inkomsten af te dwingen.”
Volgens Shyamnarain dekt de gegeven motivering in de ontwerp-Memorie van Toelichting (MvT), de lading niet. “Waar aangegeven wordt dat het gaat om het stimuleren van investeringen in Suriname, worden veel ondernemers in de dagelijkse praktijk juist geconfronteerd met het terugschroeven van voor hen vitale vrijstellingen op de import van bedrijfsmiddelen en overige inputs. Deze vrijstellingen zijn hard nodig om hun bedrijf in deze moeilijke periode draaiende te houden en verder verlies van arbeidsplaatsen te voorkomen. De vele mooie woorden in de ontwerp-MvT over het stimuleren van investeringen, lijken daardoor slechts holle frasen.”
Als het de initiatiefnemer(s) werkelijk menens is om investeringen en economische bedrijvigheid in Suriname te stimuleren, dan zou er volgens de SFB, beter voor gekozen kunnen worden om de bestaande Investeringswet 2001 te actualiseren en in volle omvang toe te passen.
Volgens de SFB is het wetsontwerp zeer onrechtvaardig en is het een rechtstreeks affront naar belastingplichtigen toe, die in de loop der jaren wel de winsten uit hun bedrijf hebben uitgekeerd en netjes de verschuldigde dividendbelasting en inkomstenbelasting daarop hebben betaald. “Daarnaast kan deze maatregel ook een demotiverend effect hebben op medewerkers van de Belastingdienst, die ondanks de gebrekkige beschikbare middelen, toch het optimale voor de staat proberen binnen te halen.”
Met het oog op het bovenstaande geeft de SFB de initiatiefnemer(s) in overweging het ingediende wetsontwerp in te trekken. Tegelijk verzoekt de SFB de regering om via de geëigende kanalen, de initiatiefnemer(s) ernstig te ontraden om dit wetsontwerp verder door te zetten.
“Voor het geval het wetsontwerp echter toch door De Nationale Assemblee in behandeling mocht worden genomen, dan doet de SFB een dringend beroep op ons volksvertegenwoordigend lichaam als geheel, om in het belang van een rechtvaardige verdeling van lasten binnen onze gemeenschap, het betreffende wetsontwerp niet goed te keuren.’’