De regering heeft besloten de ministeriële beschikking aan Goldline Mining N.V. voor de duur van zes maanden, te schorsen. Het gaat om een presidentieel besluit, waarbij president Chandrikapersad Santokhi meerdere aspecten in overweging heeft genomen.
De onderneming had bij beschikking van de minister van Natuurlijke Hulpbronnen het recht verkregen voor de exploitatie van bouwmaterialen (natuursteen en steenslag), gelegen in het district Sipaliwini, op het perceelland groot vermoedelijk 360ha., ten zuiden van de Rijweg naar Apoera en ten noorden van de Paris Jacobkreek, alsook het recht voor de exploitatie van bouwmaterialen (rivierzand), gelegen in het district Nickerie, een gedeelte van de Corantijnrivier, vermoedelijk groot 300 ha.
Dit besluit heeft echter veel vraagtekens opgeroepen bij de samenleving en met name de leefgemeenschappen die in de nabije omgeving van de concessies woonachtig zijn, aldus een van de overwegingen. Verder zouden volgens president Santokhi de leefgemeenschappen van onder andere Kabalebo sterk in twijfel trekken dat het sec zou gaan om een concessie voor zand-, grind- en natuursteenafgravingen, mogelijkerwijs zou het ook om goudwinning gaan, waar de bewoners pertinent tegen zijn.
De samenleving vreest voor vervuiling van het water en milieu, waar zij voor haar dagelijkse levensonderhoud afhankelijk van is en een mogelijke vervuiling van het rivierwater kan ook doorwerken op de rijstbouw in Nickerie. Verder wordt aangegeven dat deze uitgiften ter sprake zijn gebracht in het parlement, en dat de regering het noodzakelijk acht deze aan een nader onderzoek te onderwerpen. Om te voorkomen dat de concessiehouder overgaat tot het plegen van rechtshandelingen in de uitgegeven gebieden, acht de regering het nodig met spoed daartoe maatregelen te treffen.
Besloten is de beschikking per heden voor de duur van zes maanden te schorsen. Van dit presidentieel besluit zijn ook de minister van Natuurlijke Hulpbronnen, de Surinaamse Notariële Beroepsorganisatie, notarissen met standplaats in Suriname, de MI-GLIS Bewaarder, de Surinaamse Bankiersvereniging en de Kamer van Koophandel en Fabrieken op de hoogte gesteld.