Een groep Mennonieten heeft het voornemen zich te vestigen in ons land. Een collectief van de groene ngo’s, (vertegenwoordigers van binnenlandse gemeenschappen en overige milieubewuste partners), CIS, WWF, GHFS, ACT, SAFE, GGS, vreest voor de gevolgen van de komst van deze groep die aan grootschalige landbouw wil doen. De ngo’s vrezen voor grote ontbossing en storen zich eraan dat de overheid niet transparant is over de komst van deze groep.
Gevolgen voor het milieu
De groene ngo’s stellen dat de komst van de groep Mennonieten, verregaande gevolgen kan hebben voor ons bos en klimaat, omdat de groep aan grootschalige landbouw wil doen. Tijdens de persconferentie werden er voorbeelden aangehaald van andere landen waar Mennonieten zich gevestigd hebben en de desastreuze gevolgen die dat heeft voor het milieu en de economie. Gesteld werd dat Suriname juist actie zou moeten ondernemen om deze negatieve gevolgen te voorkomen.
De groene ngo’s willen meer openheid van de regering over de komst van de Mennonieten. De ngo’s voelen zich verplicht om de samenleving te informeren over de bedreigingen die de voorgestelde werkwijze bij grootschalige landbouw zal hebben op ons bos. Ook maakt de groep zich grote zorgen over de grondenrechten van de inheemse en tribale volken, die nog steeds niet in orde zijn gemaakt.
Reeds 400 ha gekocht
Onlangs werd er in De Nationale Assemblee door een parlementariër onthuld, dat er 400 ha grond in het Apoera-gebied beschikbaar gesteld wordt voor het uitvoeren van deze vorm van landbouw door de Mennonieten. De ngo’s deelden mee, dat de groep reeds over 400 ha grond beschikt in Sipaliwini. Dit blijkt volgens de ngo’s uit documenten, waarin is aangegeven, dat zij zich moeten verstaan bij het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) voor ruim 400 ha grond.
Daarnaast zijn de Mennonieten momenteel ook in overleg met de gemeenschappen voor grond, in West-Suriname en in het Brokopondo-gebied. ‘’Ook al zouden de gemeenschappen akkoord gaan met het beschikbaar stellen van grond, het is de overheid die de titel over zo’n stuk geeft.‘’ Benadrukt werd dat haast alle gronden in het binnenland (Sipaliwini) domeingronden zijn.
De ngo’s zeggen niet te begrijpen, waarom de regering aangeeft geen ‘hulp’ te verlenen aan de Mennonieten. Onlangs heeft de BIBIS-minister Albert Ramdin, verklaart dat het duidelijk is dat de Mennonieten grote arealen aan grond nodig zullen hebben. Echter zal overheid ze niet faciliteren. ‘’Ze hebben geen hulp van de regering nodig. Alles is op basis van eigen investeringen. De voorbereidingen zijn gaande‘’, zei Ramdin.
Conflicten
Aangezien de grondenrechten van de inheemse en tribale volken nog steeds niet in orde zijn gemaakt, kunnen er volgens de ngo’s ernstige conflicten ontstaan. De ngo’s verklaarden zich in te zetten om te voorkomen dat zulks zich voordoet. Ook een vertegenwoordiger van de inheemsen stelde, dat ze niet zullen toelaten dat nog meer van hun leef- en woongebieden wordt afgepakt.
Klimaat- en cultuurverandering
Bij de ngo’s bestaat de vrees dat de activiteiten van de Mennonieten gevolgen kunnen hebben voor de bossen, het milieu en de gebieden van de inheemse en tribale volken. Er wordt ook gevreesd voor klimaatverandering als gevolg van kaalkap en voor cultuurverandering, aangezien de Mennonieten niet dezelfde cultuur hebben als de gemeenschappen uit die gebieden. De ngo’s wezen op bestaande rapporten over massa-ontbossingen en de gevolgen daarvan op het watergebruik, de grond, de woonomgevingen, de luchtkwaliteit, de ecologie. Benadrukt werd dat er op dit alles gelet moet worden. Van de regering wordt er antwoord verwacht voor de vele punten die tot nog toe onduidelijk zijn. En ook duidelijkheid of het op waarheid berust, dat door de Mennonieten al bijkans 400 hectare land is gekocht. Verder pleiten de ngo’s dat er goede studies worden verricht en dat er ook een goed beleid wordt losgelaten alvorens de Mennonieten zich in de gebieden vestigen. Tot slot werd benadrukt, dat de groene ngo’s niet tegen de komst van de Mennonieten zijn, maar dat gewaakt wordt voor een juiste ontwikkeling.
-door Orsilia Dinge-