‘Kinderhartmissie in Suriname heel goed gegaan’

Kinderhartchirurg WKZ Utrecht opereerde 9 kinderen

De kinderhartmissie naar Suriname is heel goed verlopen. De missie duurde ongeveer anderhalve week. Bram van Wijk, kinderhartchirurg van het Wilhelmina Kinderziekenhuis (WKZ), kijkt na twaalf dagen tevreden terug. Van Wijk opereerde in Suriname negen kinderen. De jongste was een maand, de oudste zestien jaar. Die ingrepen verliepen goed, laat Van Wijk weten. ‘’Als je dan na afloop de reactie van de ouders ziet, dat is heel ontroerend.‘’

Van Wijk reisde twee weken geleden niet alleen af naar Suriname. De missie was een samenwerking van het WKZ en het UMC Groningen (UMCG) en het team bestond vooral uit medewerkers van dat tweede ziekenhuis. Van het Utrechtse kinderhartcentrum waren twee mensen mee, Van Wijk en operatieassistente Johanna Zijlstra. ‘’Het was heel bijzonder er bij te zijn‘’, zegt Zijlstra.

Weinig patiënten

Zo’n Nederlands team in Suriname, waarom is dat eigenlijk nodig? Volgens Van Wijk heeft dat te maken met de bevolkingsgrootte van het Zuid-Amerikaanse land. ‘’Suriname heeft 600.000 inwoners en daarmee maar zo’n 30 kinderhartpatiënten per jaar‘’, rekent hij voor. ‘’Niet genoeg voor een gespecialiseerd team’’, aldus van Wijk. ‘’Er zijn te weinig operaties om een team van speciaal opgeleide kinderhartchirurgen, anesthesisten, enzovoort te hebben.‘’

Daarom komt er nu zo en dan een Nederlands team naar het land. Het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) maakt dit soort reizen al zo’n twintig jaar, het UMCG ging vorig jaar voor het eerst. Dit jaar was het WKZ er voor het eerst bij betrokken. ‘’Ik ken de kinderhartchirurg Ryan Accord van het UMCG goed en hij vroeg of ik meeging‘’, zegt Van Wijk. ‘’Het is handiger als er niet twee chirurgen van één centrum tegelijk meegaan, maar om dat te spreiden.‘’

Paramaribo vanuit de auto

De dagen in het Academisch Ziekenhuis Paramaribo (AZP) waren volgens Van Wijk vooral hectisch. Op de dag na aankomst pakte het team alle meegenomen spullen uit en vanaf toen was Van Wijk vooral aan het werk.

‘’Op zaterdag deden we één operatie, daarna twee per dag‘’, vertelt hij. In Utrecht opereren ze vaak net zoveel kinderen op één dag, maar toch is dat anders. ‘’De logistiek was hier heel anders. Daardoor maakten we vaak dagen van acht uur ‘s ochtends tot minimaal negen uur ‘s avonds.‘’

Het was dan ook echt geen vakantie, maar hard werken. ‘’Het ritje naar het hotel is dan eigenlijk het enige wat je van Paramaribo ziet‘’, zegt Van Wijk. Toch bestonden de twaalf dagen niet alleen uit werken. Nadat Van Wijk de tweede vrijdag naar een symposium moest, had hij op zaterdag een dag vrij. ‘’Toen hebben we met een deel van het team wel een tripje gemaakt. De intensivisten en verpleegkundigen zijn toen wel achtergebleven voor noodgevallen.‘’

Na alle operaties laten Van Wijk en de rest van het team de patiënten met een gerust gevoel achter. ‘’Het is heel goed gegaan. Ze zijn alle negen van de intensive care af en een deel is zelfs al ontslagen uit het ziekenhuis.‘’ Een geslaagde missie dus en misschien wel voor herhaling vatbaar. ‘’Het ideale scenario is dat er twee keer per jaar een team naar Suriname gaat. Daarmee kun je op de acute gevallen na, alle patiënten behandelen.‘’

(Bron: Rtvutrecht.nl)

More
articles