TotalEnergies heeft onlangs de start aangekondigd van de voorontwerpstudies voor de ontwikkeling van het eerste productieveld in Blok 58 in offshore Suriname. Wilgo Bilkerdijk, voorzitter van Associatie van Surinaamse Fabrikanten (ASFA), zei in het radioprogramma ABC Aktueel, dat deze ontwikkeling met zich meebrengt dat de regering bepaalde zaken zal moeten aanpakken. ‘’Ons onderwijs moet hoognodig worden aangepakt. Het onderwijs moet op een ander niveau worden gebracht. Willen wij uiteindelijk gasontwikkeling hier uitvoeren, heb je daarvoor goed opgeleid kader nodig. Andere factoren zouden ook simultaan moeten worden meegenomen, maar onderwijs blijft primair, omdat die transformatie noodzakelijk is’’, aldus Bilkerdijk. ‘’Er zou een voorschot genomen kunnen worden op de olie-inkomsten, zodat er geïnvesteerd kan worden in  onderwijs’’, voegt hij eraan toe.

“Suriname heeft veel rijkdommen, maar als we zaken overlaten aan de internationale bedrijven om te exploreren, en er wordt niet gekeken naar onze eigen burgers, dan krijg je eerder een vloek als een zegen en dat is een fundamenteel ding waarover zeker gediscussieerd zou moeten worden met personen uit de politiek.”

Bilkerdijk zegt dat hij begrijpt dat de bekendmaking van TotalEnergies, velen – met name het bedrijfsleven – in een euforische stemming heeft gebracht, maar stelt dat men niet te vroeg moet juichen. ‘’Suriname heeft zich onvoldoende voorbereid op zoveel olie-inkomsten. De regering en samenleving zijn blij met de resultaten, wat helemaal begrijpelijk is, maar de regering zal meer daadkracht moeten tonen om te doen wat er gedaan dient te worden om de crisis te kunnen managen.’’, zegt hij. Er zal een fonds opgezet worden, en volgens Bilkerdijk hebben belanghebbenden al goede voorstellen gedaan over wat er eventueel uit het fonds gefinancierd kan worden. ‘’Het is van eminent belang dat de regering met de inkomsten voor welvaart zorgt’’, zegt Bilkerdijk. Hij feliciteert Suriname met de aankomende olieproductie en benadrukt, dat er zo gauw mogelijk acties ondernomen moeten worden, zodat Suriname adequaat zal kunnen inspelen op de olieproductie die naar verwachting in 2028 van start gaat.