In de afgelopen periode is er in Suriname een stijging van het aantal dengue-gevallen geconstateerd. Overall is er ook in de hele regio sprake van een toename van het aantal meldingen. Het Bureau voor Openbare Gezondheidszorg (BOG) heeft in juli de dengue preventie-activiteiten geïntensiveerd, door onder meer de bespuitingswerkzaamheden op te voeren. Stephanie Cheuk-Alam, hoofd Milieu-Inspectie van het BOG, zegt in gesprek met de Communicatie Dienst Suriname, dat de toename van denguegevallen deels te wijten is aan het type 3 dengue dat nu hoofdzakelijk rondgaat.
“Er zijn vier verschillende typen dengue en in Suriname komen alle vier voor, maar op dit moment is het hoofdzakelijk type 3 dat nu verspreid wordt”, stelt de hoofdinspecteur. Zij geeft aan dat dit type van het denguevirus gedurende 21 jaar niet in Suriname was. ‘’Dat wil zeggen dat voor 21 jaar niemand aan het virus is blootgesteld’’, aldus Cheuk-Alam. Nu is een groot deel van de Surinaamse populatie, met name jongeren onder de 20, kwetsbaar voor dit type dengue. Het gevolg hiervan is dus een stijging in het aantal dengue cases.
Er wordt op dit moment gewerkt om de locaties waar de cases vandaan komen te achterhalen en deze aan te pakken door middel van bespuitingen. “We zitten in een moeilijke situatie nu omdat de rapportage vanuit de artsen niet optimaal plaatsvindt”, stelt Cheuk-Alam. Het is de bedoeling dat de denguegevallen door de artsen gemeld worden aan de afdeling Epidemiologie van het BOG. Er wordt contact opgenomen met de verschillende laboratoria om erachter te kunnen komen in welke buurten er besmettingen zijn. Het BOG tracht zo veel als mogelijk te achterhalen of de besmette personen van een bepaalde buurt zijn, of het om een groep gaat die op een plek werkt of een groep mensen die niet bij elkaar woont, maar die besmet is geraakt bij een uitstapje. Dit omdat de interventie systematisch moet plaatsvinden. ‘’De bespuiting doodt slechts de volwassen muskieten en bij frequente grootschalige bespuiting is de kans groter dat de muskiet resistent wordt tegen het middel’’, verduidelijkt Cheuk-Alam. De samenleving heeft ook een rol te vervullen. De hoofdinspecteur roept daarom eenieder op om de mogelijke broedplaatsen van de denguemuskiet op te ruimen en bakken waarin larven zijn aangetroffen met zeep schoon te maken. “Als de broedplaatsen niet worden aangepakt, hebben we binnen een korte tijd weer een hele grote populatie en dan begint de cyclus opnieuw.”