De regering van Guyana heeft dinsdag verduidelijkt, dat een uitbreiding voor exploratie op drie blokken die worden geëxploiteerd door het ExxonMobil-filiaal, Esso Exploration and Production Guyana Limited (EEPGL), feitelijk door zijn voorganger is verleend en daarom moet worden gehonoreerd.
De verklaring van de regering volgt op verschillende recente opmerkingen van de oppositie over de kwestie van afstand doen. Met name leden van de Alliance For Change (AFC) en de A Partnership for National Unity (APNU) – de twee partijen die de voormalige regering van 2015 tot 2020 leidden, hadden zware kritiek op het besluit van de huidige regering om de exploratieovereenkomst voor het Stabroek-blok te verlengen. licentie. Ze zeiden dat 20 procent van het blok dit jaar had moeten worden opgegeven, volgens de voorwaarden van de overeenkomst.
Hoewel de regering had uitgelegd dat deze verlenging het gevolg was van de impact van de covid-pandemie op de exploratieactiviteiten, zei de APNU dat een dergelijk standpunt niet bevredigend was.
Er werd gevraagd te weten welke due diligence de overheid heeft uitgevoerd om inzicht te krijgen in de mate waarin de exploratieactiviteiten werden beïnvloed.
Op dezelfde manier heeft de Alliance For Change (AFC) haar bezorgdheid geuit en verklaard, dat olieproductieactiviteiten in 2020 waren toegestaan, omdat deze werden geclassificeerd als een ‘essentiële dienst’. Zij vond het daarom moeilijk te begrijpen, waarom er een verlenging van de exploratieactiviteiten werd toegestaan.
Het Guyaanse ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen maakte dinsdag via een verklaring aan de pers duidelijk, dat de verlenging was verleend door voormalig president en APNU+AFC-leider David Granger. Hij deed dit nadat hij op 2 juli 2020 een verzoek daartoe had ontvangen van EEPGL-president, Alistair Routledge.
De door Granger ondertekende documenten maken een verlenging van een jaar mogelijk voor drie blokken die EEPGL exploiteert: Stabroek, Canje en Kaieteur.
In het document staat: ‘…de dagen die beginnen op 11 maart 2020 en eindigen op 10 maart 2021, worden niet meegeteld bij de beoordeling van de verstreken tijd die van toepassing is op de Petroleum Prospecting License No.1793/2016 gedateerd 7 oktober 2016. De tijdlijn zal zijn op kwartaalbasis beoordeeld om te bepalen of aanpassingen aan deze periode gerechtvaardigd zijn…’.
Het ministerie zei dat het van cruciaal belang is om te benadrukken dat het jaarlijkse werkprogramma en de begroting voor 2020, eerder in 2019 goedkeuring hadden gekregen tijdens de ambtstermijn van de APNU/AFC-regering. Deze uitbreiding werd mogelijk gemaakt tijdens de beginfase van de pandemie, een tijd waarin de uiteindelijke omvang en gevolgen ervan onzeker waren.
Het ministerie verklaarde ook categorisch dat ‘er geen uitbreidingen zijn voorzien voor productieactiviteiten onder enige bestaande olieproductievergunning’.
EEPGL, dat een consortium leidt met Hess Corporation en CNOOC Petroleum Guyana Limited, exploiteert het Stabroek-blok dat 6,6 miljoen hectare beslaat. Naar verwachting zal het land volgend jaar 20 procent van die diepwaterconcessie teruggeven.