Jongerencongres: AWJ wijst op groene transitie op arbeidsmarkt

In verband met de Internationale Dag van de Jeugd heeft de jongerenorganisatie I-Speak op 12 augustus in de Congreshal een Nationaal Jongerencongres gehouden. Dit geschiedde in samenwerking met het ministerie van Arbeid, Werkgelegenheid en Jeugdzaken (AWJ), het Nationaal Jeugd Instituut (NJI), UNICEF en overige organisaties van de Verenigde Naties. Het congres was bedoeld om jongeren aan te sporen om zich in te zetten voor het realiseren van de Sustainable Development Goals (SDGs), met een specifieke focus op People, Planet and Prosperity.

Tegen deze achtergrond is er van gedachten gewisseld over onderwerpen zoals klimaatverandering in relatie tot de jeugd,  milieuvervuiling door plasticmateriaal, jeugdwelzijn en mentale gezondheid en bevordering van gelijkheid onder jongeren. De participanten waren leden van de Jeugdraad Suriname en andere jongeren verbonden aan verschillende jongerenorganisaties in ons land. Aan het begin van het congres hebben enkele sprekers het  woord gevoerd. AWJ-minister Steven Mac Andrew heeft bij deze gelegenheid het belang van SDG 17 benadrukt. Dit ontwikkelingsdoel pleit voor bevordering van partnerschappen wereldwijd voor duurzame ontwikkeling. Volgens hem moeten er partnerschappen worden gevormd om het welzijn van de Surinaamse jongeren te verbeteren en om kansen voor hen te creëren voor volwaardige participatie aan de maatschappij. Jongerenparticipatie houdt volgens hem in dat er platforms gecreëerd moeten worden, zodat de jeugd haar stem kan laten horen over ontwikkelingen en uitdagingen die op hen van invloed kunnen zijn. Daarom omarmt hij het jaarlijkse jongerencongres dat mag blijven rekenen op de ondersteuning van het ministerie. Hij ziet graag dat de Jeugdraad vanaf het komend jaar ook actief wordt betrokken bij de voorbereiding van dit congres.

Gelet op het thema van Internationale Dag van de Jeugd – ‘Green Skills for Youth: Towards a Sustainable World’ – ging de bewindsman kort in op activiteiten die door het ministerie worden ontplooid. Hij verschafte het congres informatie over het project ‘Labor Market Alignment with New Industries’ (Afstemming van de arbeidsmarkt op nieuwe sectoren), dat onlangs is gelanceerd. Dit project zal volgens de minister jongeren in de gelegenheid stellen om green skills te ontwikkelen, waardoor zij kunnen meegaan met de noodzakelijke groene transitie op de arbeidsmarkt, namelijk de overgang naar meer groene jobs voor duurzaamheid. Ook bij de uitvoering van het derde Decent work Country Programme voor Suriname is de focus volgens hem gelegd op het ontwikkelen van groene vaardigheden en green jobs voor onder andere jongeren. De gewenste duurzame ontwikkeling voor Suriname is volgens de bewindsman afhankelijk van jongeren die nu al een belangrijke rol zullen moeten spelen bij duurzaamheids-vraagstukken.

Nicolas Pron, UNICEF-vertegenwoordiger voor Guyana en Suriname, vindt het noodzakelijk dat jongeren zich uitlaten over de uitdagingen met betrekking tot klimaatverandering voor toekomstige generaties. Hij is blij dat Suriname beschikt over een Jeugdraad die de doelgroep kan betrekken bij de voorbereiding en ontwikkeling van beleid voor een duurzame toekomst. Meredith Kelibi-Misiedjan, voorzitter van de jongerenorganisatie I-Speak, was blij met de opkomst van de jongeren om hun licht te laten schijnen over de onderwerpen op agenda, ter verrijking van de maatschappelijke discussies.

Mitesh Bhaggoe, waarnemend directeur van het Nationaal Jeugd Instituut, heeft beloofd dat zijn instituut alles in het werk zal stellen om jongeren in de gelegenheid te stellen invloed te kunnen uitoefenen op maatschappelijke vraagstukken middels inspraak en participatie. Joanna Kazana-Wisniowiecki, resident coördinator of the United Nations in Suriname, heeft virtueel de jongeren bemoedigd om actief te participeren aan de discussies, waardoor zij nu al invloed kunnen uitoefenen op ontwikkelingen die in de toekomst een impact kunnen hebben op hun leven. Van dit evenement zal een verslag worden opgemaakt dat zal worden overhandigd aan de president van de Republiek Suriname.

More
articles