In de afgelopen periode is de veiligheid op scholen een heikel punt gebleken. Onderwijsminister Henri Ori sprak in De Nationale Assemblee, zijn bezorgdheid uit over de huidige situatie, en haalde aan dat er ingebroken wordt in scholen en vernielingen aangericht. Behalve inbraken en vernielingen die door buitenstaanders worden aangericht, zijn het ook de leerlingen zelf die de scholen en de omgeving rond de school, onveilig maken. De vele gevechten tussen scholieren zijn volgens de minister, een groot probleem. Ook lopen leerlingen volgens de minister, vaak met verboden voorwerpen, messen en andere gevaarlijke spullen rond. In het kader van de aanpak van dit vraagstuk is er een veiligheidsplan vanuit het Kabinet van de President gelanceerd, waarin de veiligheid op scholen is opgenomen. Intussen hebben buurtmanagers en de politie op verschillende scholen motivatiesessies gehouden.

Brigitta Misiedjan, voorzitter van de Stichting Bediening Maatschappij tevens begeleider, zegt desgevraagd aan de krant, dat er momenteel sprake is van agressief gedrag bij sommige jeugdigen. ‘’Dit gedrag kan volgens verschillende oorzaken hebben, echter wordt er niet voldoende nagegaan wat hiertoe leidt’’, zegt zij. ‘’Als begeleider met veertien jaar ervaring heb ik veel cases meegemaakt, maar de verruwing die we momenteel meemaken, is nooit eerder geconstateerd.‘’

Bij de simpelste woordenwisseling tussen leerlingen, wordt overgegaan tot verwonding. Misiedjan zegt dat agressief gedrag bij jeugdigen te maken kan hebben met de opvoeding, maar ook komt door een verkeerd rolmodel. ‘’Het gedrag van jeugdigen anno 2023, wordt zwaar beïnvloed door sociale media en de regering. Het beeld dat ze zien wordt anders geïnterpreteerd, wat logisch tot negatief gedrag leidt. Ook de regering en de politiek beïnvloeden het gedrag van jeugdigen negatief. De meeste jeugdigen hebben tegenwoordig een opstelling van: ‘ik hoef niet hard te werken, ik kom toch goedkoop aan een diploma of ik ga in de politiek’. Onze jeugdigen hebben totaal de verkeerde rolmodellen.‘’ Het agressieve gedrag onder jeugdigen dient volgens Misiedjan, structureel aangepakt te worden. Om invulling hieraan te geven zou de regering een samenwerking kunnen aangaan met niet-gouvernementele organisaties (ngo’s). Ook moet er beleid ontwikkeld worden, dat gericht is op goede opvoeding en voorlichting. ‘’Voor nu wordt er nog weinig gedaan. Klachten van kinderen en over kinderen, moeten serieus genomen worden‘’, aldus Misiedjan.

-door Orsilia Dinge-