Suriname doet oproep SDG-doel 6, schoon water, globaal aan te pakken

In de periode van 10 tot en met 20 juli 2023 is het High-Level Political Forum on Sustainable Development (HLPF) gehouden in New York, VS. Het thema voor deze vergadering was ‘Versnellen van het herstel van de coronavirusziekte COVID-19 en de volledige uitvoering van de Agenda 2030 voor duurzame ontwikkeling op alle niveaus’. Een delegatie van het ministerie van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS), onder leiding van waarnemend directeur Internationale Samenwerking, Elizabeth Bradley, participeerde in dit forum.

De opening werd gedaan door de president van de ECOSOC, Lachezara Stoeva, permanent vertegenwoordiger van Bulgarije bij de Verenigde Naties (VN). Tijdens dit HLPF 2023 zijn enkele Sustainable Development Goals (SDG)-doelen beoordeeld, te weten, doel 6 schoon water en sanitatie, doel 7 duurzame energie, doel 9 industrie, innovatie en infrastructuur, doel 11 duurzame steden en gemeenschappen en doel 17 partnerschappen.

Suriname heeft een interventie gehouden over doel 6, waarbij het belang van water voor de wereld is aangegeven, de verbanden tussen doel 6 en de andere doelen alsook de stand van zaken met betrekking tot het nationaal beleid op het gebied van waterbeheer. Suriname heeft een oproep gedaan aan de internationale gemeenschap tot samenwerking om doel 6 te kunnen realiseren.

Vele landen hebben ingehaakt op de recente VN-waterconferentie die van 22-24 maart 2023 gehouden is en verwelkomen de aanwijzing van een speciale afgezant voor water door de VN. Verder hebben sprekers de noodzaak voor financiële middelen, technologie en capaciteitsversterking onderstreept, aangezien SDG 6 raakvlakken heeft met vele andere doelen zoals voedselveiligheid, gendergelijkheid, gezondheid en educatie, vrede en veiligheid en klimaataanpassing.

Bij doel 7 werd er gesproken over ‘decarbonisation’ waarbij broeikasgassen uit de lucht gehaald moet worden. Decarbonisatie is een term die verwijst naar de transitie naar een post-fossiele, koolstofdioxidevrije economie en naar het verlagen van de CO2-emissies, met name in de energiesector. Verder kwam de onevenredigheid aan de orde met betrekking tot de elektriciteitsvoorziening voor huishoudens in de stad en in het binnenland en was er een sterke oproep van de minst ontwikkelde landen voor investeringen in technologie, om zodoende meer alternatieve bronnen van elektriciteit te kunnen ontwikkelen.

Bij de bespreking van doel 9 hebben vele landen de centrale rol van de private sector en overheden aangegeven bij de innovatie en herziening van in het bijzonder infrastructurele ontwikkeling. Tevens werd de noodzaak voor de financiering van ‘green investments’ onderstreept. Bij doel 11 werd gewezen op, onder andere, de toenemende urbanisatie en dat het nodig is om opnieuw over dit fenomeen na te denken. Immers, het trekken van mensen naar steden veroorzaakt druk op transport, huisvesting, consumptiepatronen, vuilverwerking, circulariteit, stedelijke ontbossing, luchtkwaliteit etc. en daarmee is er belang bij om nieuwe moderne steden in te richten.

Vervolgens hebben tijdens deze sessie van het HLPF 2023, 38 landen hun Voluntary National Review (VNR) gepresenteerd in de vorm van algemene panels en ook individueel. Over het algemeen kan gesteld worden dat de uitdagingen die de landen internationaal ondervinden bij het realiseren van de 2030 agenda voor duurzame ontwikkeling, onder andere betreffen, de nawerking van de COVID-19-pandemie alsook de oorlog tussen Rusland en Oekraïne. Vermeldenswaard is dat de Europese Unie voor de eerste keer een VNR heeft gepresenteerd. De EU noemt zichzelf kampioen als het gaat om het principe van de SDG’s “Leaving no one behind”. De EU gaf ook mee dat als de SDG-doelen gered willen worden, het van belang is dat politieke wil, solidariteit en samenwerking instrumenteel zijn. Er is ook een ministeriële vergadering gehouden van 17 tot en met 19 juli waarbij ministers van de lidlanden van de VN vanuit verschillende invalshoeken ingingen op de vorderingen en uitdagingen met betrekking tot de implementatie van de 2030 agenda en de duurzame ontwikkelingsdoelen. Tot slot is er op 20 juli een rapport van het Comité over Duurzame Ontwikkeling gepresenteerd waarbij landen zijn opgeroepen om versneld te werken aan het herstel van de gevolgen van de COVID-19-pandemie.

Van 17 t/m 19 juli 2023 is er een ministerieel segment gehouden met als thema “Building momentum towards the SDG Summit”, waarbij ministers van de lidlanden van de Verenigde Naties vanuit verschillende invalshoeken ingingen op de vorderingen en uitdagingen met betrekking tot de implementatie van de 2030 agenda en de duurzame ontwikkelingsdoelen.

Tot slot werd op donderdag 20 juli een rapport van het Comité Duurzame Ontwikkeling gepresenteerd. Bij de presentatie van het rapport werd een oproep gedaan aan landen om versneld te werken aan het herstel van de gevolgen van de COVID-19-pandemie. Het uitvoeren van een sociaal programma om vooral armoede te bestrijden is heel erg belangrijk. In dit rijtje horen ook thuis: investeren in onderwijs, economische hervormingen, het verkleinen van de gender gap, schuldherschikking, digitalisatie, multilaterale samenwerking versterken, investeren in economische efficiëntie voor wat de productie en consumptiepatronen betreft en ‘Decent living standards for all’.

More
articles