Udo Karg, voorzitter van de Surinaamse Seafood Associatie (SSA), zegt dat al geruime tijd onrust te bemerken is in onze wateren, veroorzaakt door de illegale Guyanese vissers. ‘’De illegale activiteiten van Guyanese vissers vergroten de druk op onze visbestanden, en ook op de juiste uitvoering van het visserijmanagementplan, wat dus de noodzaak van een biomassa-onderzoek steeds urgenter maakt’’, aldus Karig. Volgens hem houdt dit onderzoek in, waar de marine moet beveiligen in onze wateren, en vooral om schade te voorkomen van vis- en garnalenbestanden. Het onderzoek wordt verricht door wetenschappers, met behulp van vissersboten en vissers en kan twee tot drie jaar duren. ‘’Een kostenplaatje is ongeveer 3 tot 3,5 miljoen US-dollar. De financiering zou met gemak kunnen geschieden uit de vergunningsrechten, die tot nu niet aan de sector worden besteed, maar de opbrengsten in onze bodemloze schatkist verdwijnen’’, aldus Karg. Eerder vermeldde hij ook al tegenover de media, dat Guyana het vorig jaar miljoenen US-dollars aan vis en bijproducten exporteerde. Volgens hem is bekend, dat de visgronden van het buurland zo goed als uitgeput zijn. Karg wijst erop, dat het voor de vissector duidelijk is dat deze exporten te danken zijn aan onze visgronden. “Als ik me niet vergis, was dat het vorig jaar of het jaar daarvoor, zelfs drie keer zoveel als Suriname exporteerde, terwijl we weten dat Guyana al zeker voor de laatste vijf jaar nagenoeg geen vis meer heeft”, aldus Karg. Voorts vraagt hij zich dan af, waar de vis vandaan komt.
Tegenover onze redactie zegt Karg, dat er geen sprake is van vissterfte in onze visgronden, echter meent hij wel dat er nog altijd schade wordt aangericht aan onze vissersboten en materiaal. Volgens hem is het altijd zo geweest, dat Guyanese vissers niet mogen vissen in Venezolaanse wateren. Op de vraag hoe de SSA denkt een bijdrage te kunnen leveren aan het oplossen van de onrust van illegale Guyanese vissers in onze wateren, zegt Karg dat zulks volgens het visserijmanagementplan geschiedt.
In dit document is het beleid uitgestippeld over de periode 2021 tot en met 2025. LVV-minister Sewdien heeft samen met onder andere SSA-voorzitter Karg, het plan uitgewerkt. Echter is dit document noch in het parlement besproken, noch door de regering overgenomen. Karg stelt dat het terugdringen van minimaal een derde deel van de illegale visserij in Surinaamse viswateren zal leiden tot een 100 procent stijging van de aanvoer, verwerking en export van vis, en 100 – 150 procent stijging van de werkgelegenheid in deze sector. Volgens Karg zal dit tot gevolg hebben een aanzienlijke toename van de inkomsten van de staat. “Een miljoen die op dit moment verdwijnt in die grote bodemloze put, terwijl dat geld aangewend zou kunnen worden voor een deel biomassa- onderzoek, dat zeker tweeëneenhalf jaar tot drie jaar in beslag zal nemen, en niet goedkoop is. Maar als we daar 60 procent van aanwenden per jaar, dan kunnen we het biomassa-onderzoek doen, en dan weten we, over welke bestanden aan vissoorten we praten en hoe we ermee moeten omgaan, waar we dan extra aandacht aan moeten besteden, en waar we dus vrij kunnen vissen”, aldus Karg.