Inflatie Suriname vrij hoog

Maurice Roemer, governor van de Centrale Bank, heeft tijdens een regeringspersconferentie aangegeven, dat er wordt gestreefd naar een financiële stabiliteit en economische groei. Verbeteren van de koopkracht is volgens Roemer een heel belangrijke doelstelling; hij is van mening dat met het IMF-programma de inflatie teruggebracht kan worden, omdat de inflatie in Suriname vrij hoog is, zelfs in vergelijking met andere landen in de regio. Het terugbrengen van de inflatie, gebeurt absoluut niet in een oogwenk aldus Roemer. In het afgelopen jaar was de inflatie rond de 54%, als wij samen als samenleving uitvoeren wat gedaan moet worden volgens het IMF-programma, zal het streven erop gericht zijn om te gaan naar een inflatie van ongeveer 36%. Roemer zei dat de samenleving zich zorgen maakt over de wisselkoers, en terecht omdat de koers een belangrijke basis is voor inflatie, er is wederom afgesproken, dat het vrije koersregiem wordt voortgezet. De vraag en aanbod factoren zullen daarbij een rol spelen, maar het zal niet zo zijn, dat de Centrale Bank of de minister van Financiën zomaar een wisselkoers gaan vaststellen. Het IMF-programma is niet alleen gericht op monetaire zaken en financiële doelstellingen, maar er is ook ruimte gecreëerd  voor het sociaal-programma. De minister van Arbeid, Werkgelegenheid en Jeugdzaken, Steven Mac Andrew, zei dat de aanpassing van het minimum uurloon, niet betekent dat de inflatie zal  toenemen. Per 1 juli zal het het minimum uurloon van SRD 30 opgetrokken worden  naar SRD 35. De aanpassing van het minimum uurloon in juli, is de tweede loonaanpassing binnen één jaar. Volgens de wetgeving is het aanpassen van het minimum uurloon om de twee jaar mogelijk, maar Mac Andrew zegt, dat gezien de omstandigheden, een aanpassing van het minimum uurloon van primair belang is. Ook komen ambtenaren en aan hen gelijkgestelden, in aanmerking voor een koopkrachtversterking van SRD 2500 voor de komende zes maanden. Eerder had financiën minister Stanley Raghoebarsing tijdens een regeringspersconferentie gezegd, dat de regering al het mogelijke zal doen  inflatie te voorkomen. Het bedrag van bijkans SRD 1,2 miljard dat de regering te besteden heeft voor onder andere koopkrachtversterking en aanpassing van het minimum uurloon, is volgens Raghoebarsing ‘budgetneutraal’. Dit betekent dat de regering niet buiten haar begroting gaat. ‘’Dit geld zou al in de samenleving komen, maar wel op een later tijdstip. Het bedrag wordt nu vrijgemaakt uit de begroting om deze koopkrachtverhoging te geven‘’, zei Raghoebarsing. De minister benadrukte, dat het ministerie van Economische Zaken ervoor moet waken dat er prijsopdrijving plaatsvindt. De controle op de prijzen van levensmiddelen moet opgevoerd worden. ‘’De sluizen van inflatie moeten ingedamd worden, anders zijn we nog verder van huis. Niemand is erbij gebaat dat de prijzen maar blijven stijgen in de winkels‘’, zei Raghoebarsing.