Een team van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) onder leiding van Anastasia Guscina, voerde van 8 t/m 16 mei, een virtuele en persoonlijke missie uit met de Surinaamse autoriteiten om het beleid te bespreken om de tweede herziening van het economisch herstelprogramma van Suriname, ondersteund door de uitgebreide fondsfaciliteit van het IMF. Aan het einde van de missie gaf Guscina de volgende verklaring uit: “Het IMF-team en de Surinaamse autoriteiten hebben overeenstemming bereikt op personeelsniveau over de tweede herziening van het economische hervormingsprogramma van Suriname, ondersteund door de EVF-regeling van 36 maanden. Deze overeenkomst is onder voorbehoud van goedkeuring door de directie van het IMF, afhankelijk van de uitvoering door de autoriteiten van eerdere acties en de naleving van alle relevante fondsbeleidsmaatregelen. Na afronding van deze herziening zal Suriname toegang hebben tot SDR 39,4 miljoen (ongeveer USD 53 miljoen), waardoor de totale programma-uitbetalingen tot nu toe op SDR 118,2 miljoen (ongeveer USD 159 miljoen) komen.’’

Herstel

“Uitgaande van een gecoördineerde uitvoering van het hervormingsprogramma van Suriname, zal het herstel zich voortzetten bij een matigende inflatie. De groei zal zich naar verwachting herstellen tot 2,3 procent in 2023 en convergeren naar het potentieel van 3 procent volgend jaar, waarbij het reële bruto binnenlands product tot 2028 onder het niveau van vóór de pandemie blijft. Begrotingsconsolidatie en monetaire verkrapping zullen zorgen voor een geleidelijke daling van de inflatie tot 36 procent tegen het einde van2023. De autoriteiten worden op korte termijn geconfronteerd met belangrijke risico’s, waaronder uitdagingen bij de uitvoering van het beleid, zowel vanwege capaciteitsbeperkingen als een uitdagender sociaal-politiek klimaat, en externe risico’s als gevolg van een hernieuwde verslechtering van de ruilvoet. Op de langere termijn zijn er aanzienlijke opwaartse risico’s voor de groei als gevolg van de ontwikkeling van grote nieuwe olievelden.

‘’In een poging om de macro-economische stabiliteit te herstellen, heeft de regering een conservatieve begroting voor 2023 goedgekeurd, die kritieke uitgavenmaatregelen omvat, waaronder het afschaffen van brandstofsubsidies, het geleidelijk afschaffen van elektriciteitssubsidies, het beheersen van de loonkosten, terwijl de uitgaven voor sociale bijstand en groei worden uitgebreid om investeringen in de infrastructuur te verbeteren.

“Het begrotingsbeleid is essentieel om het herstel te beschermen en de meest kwetsbaren te ondersteunen. Voor 2023 streeft het programma naar het bereiken van een primair overschot van 1,7 procent van het bruto binnenlands product, ongeveer de helft van wat was voorzien in de eerste evaluatie, waardoor de autoriteiten de uitgaven voor sociale programma’s en kritieke infrastructuur kunnen verhogen. In 2024 streeft het programma naar een primair overschot van 3,5 procent van het bruto binnenlands product, een middellange termijn die consistent is met de houdbaarheid van de schuld”, aldus het IMF.