Financiënminister Stanley Raghoebarsing zegt dat de met het Internationaal Monetair Fonds (IMF) overeengekomen Staff-Level Agreement (SLA), ‘’de weg volledig vrijmaakt om de nieuwe overeenkomst met de Oppenheimer bondholders te tekenen’’. Dit zei de bewindsman gisteren tijdens een openbare vergadering in De Nationale Assemblee (DNA). Raghoebarsing informeerde het parlement ook over de bereikte overeenkomst met het IMF.
Met de SLA is volgens Raghoebarsing, de samenwerking met het IMF ook weer helemaal terug op spoor. De samenwerking houdt onder andere in: technische bijstand, permanente communicatie en nationaal en internationaal vertrouwen. Hoewel de samenwerking ook een financiële kant kent, zegt de minister dat het primair niet om geld gaat. ‘’Het gaat vooral erom dat we partners in de wereld hebben. We gaan heel gauw merken dat het helpt om de positie van Suriname snel verbeterd te krijgen‘’, aldus Raghoebarsing. Hij legde uit, dat het eerste dat merkbaar zal zijn, is dat de weg ‘’volledig vrij is gemaakt’’ voor de nieuwe overeenkomst met de Oppenheimer bondholders. ‘’Hetgeen nu geschiedt is, is een belangrijke stap richting het herschikken van de schulden. ‘Dat gaat betekenen meer rust in de begroting en meer mogelijkheden om middelen vrij te maken voor sociaal beleid.‘’
Het technisch team van het IMF heeft deze maand intensieve gesprekken gevoerd met de monetaire autoriteiten in Suriname, te weten de minister van Financiën en Planning en de governor van de Centrale Bank. Daarnaast zijn er ook gesprekken geweest met andere ministeries, de assembleevoorzitter en president Chandrikapersad Santokhi. De gesprekken met het parlement en het staatshoofd hebben volgens Raghoebarsing, bijgedragen om de context compleet te krijgen.
Raghoebarsing blikte terug op het moment waarop het IMF-programma van start is gegaan. Het IMF-programma is in december 2021 gestart. De bedoeling was dat het programma elk kwartaal beoordeeld zou worden. In maart 2022 is de eerste review geweest, maar vervolgens zijn door verwikkelingen nationaal en internationaal, de volgende reviews uitgebleven. Dit betekende ook dat Suriname de financiering die hoort bij die reviews, gemist heeft. ‘’Het heeft heel veel tijd en moeite gekost om het programma weer op de rails te krijgen‘’, aldus de minister.