De regering heeft besloten aan alle ambtenaren, gelijkgestelden en gepensioneerden, een bedrag van SRD 2500 en SRD 1800 uit te keren. Dit voor een periode van zes maanden, terwijl de maand waarop er vakantiegeld wordt uitbetaald, niet erbij wordt gerekend. Dit is niet wat het volk nodig heeft, aangezien we nu al weten, dat de cambio- en pomphouders nu al zachtjes in hun vuistjes lachen. Trouwens, kort na de lancering van de verhoging, was de bekendmaking tot wijziging van de pomprijzen die een dag van tevoren, nog fors omlaag gingen, te merken. Het is duidelijk dat men de middelen uit de gemeenschap zal weghalen om die uit te keren aan ambtenaren. Het is dus water naar zee dragen. Per slot van rekening wordt er meer van de gemeenschap afgetrokken, dan dat zij terug zal verdienen. De regering is bezig zand in de ogen van het volk te strooien. Het is dus een manier om zoveel als mogelijk de protestacties in te dammen. Het is nu kijken of de leiders en hun leden erin zullen trappen. Het volk wordt een worst voorgehouden, terwijl we naar het graf worden geleid. Maar hoe zit het dan met de niet-ambtenaren? Betalen zij normaal de verhogingen, terwijl ze niets hebben ontvangen? Sinds de komst van deze regering is ze slechts bezig met de ambtenaren en is de rest van de samenleving een vergeten niet relevante groep. Waarom komen ze niet in aanmerking voor bijvoorbeeld de Olikarta? Per slot van rekening moeten ze met hun oude salaris opboksen tegen de verhogingen die ook voor hen zullen gelden. Moeten ze eerst in actie komen alvorens er iets gebeurt?