Ex-minister Sylvano Tjon Ahin van ROM zegt bij zijn vertrek uit het kabinet Santokhi/Brunswijk, dat de uitstoot van giftige stoffen in Paramaribo Noord momenteel 1000 maal de norm was dan bij zijn aantreden. Hij wijst op de situatie die het Nimos ressorterend onder het ministerie van Ruimtelijke Ordening en Milieu (ROM) en de Anton de Kom Universiteit hebben geconstateerd, dat een aanmerkelijk aantal goudbedrijven zich heeft gevestigd in Paramaribo Noord. Echter is er beleid op losgelaten dat ertoe heeft bijgedragen, dat er nu maatregels gelden die de onbruikbare wetgeving vervangen. Tjon Ahin had het over de houding van sommige Surinamers, die denken dat milieu ze niet aangaat. Hij refereerde aan de watersnood die ons land plotseling overviel vorige jaar. Hoewel de hoge waterstand geen doden opeiste, moeten we afkomen van de houding, dat het niets met ons als individu, te maken heeft.

Hij meent dat we moeten aanpakken als we weten dat het klimaat verandert en onderzoek heeft uitgewezen, dat onze kustvlakte in een gevarenzone verkeert. De ex-minister zei ook dat we ervoor moeten zorgen, dat we de situatie beheersbaar kunnen maken en houden. Volgens hem pakt de hele wereld het milieu aan en wij daarom niet achter mogen blijven, “anders zijn de kosten niet te dragen”.

Hij vroeg aandacht voor onze leefomgeving. Tjon Ahin stelt dat het belangrijk is om onze leefomgeving goed in te richten. “Dat is niet alleen een buurt, een paar straten, waar mensen wonen”, meent Tjon Ahin. Ook ordening moet bijvoorbeeld te merken zijn in de economische activiteiten. “Naast een woonhuis kan geen lasbedrijf komen”. Tjon Ahin wijst op de schadelijke effecten, “anders woon je dan niet goed genoeg”. “Ook in de dorpen komen we huizen tegen”, zegt hij, “die kris kras gebouwd zijn en er geen doorkomen mogelijk is”. Bij brand kan bijvoorbeeld de brandweer het brandend gebouw niet bereiken, huisnummers zijn ook zoek. Alles brandt plat , aldus Tjon Ahin. Hij zegt dat de twee beleidsgebieden, ruimtelijke ordening en milieu veel gemeen hebben, maar dat een aantal verantwoordelijken zich ermee bemoeien, de districtscommissaris heeft een deel, maar ook de politie en andere autoriteiten. Er is geen behoorlijke toepassing van de wetgeving aldus de ex-minister.

Volgens hem zijn er zelfs woongebieden waar geprobeerd is, vooral bij eigendomsaktes, waar woonhuizen behoren te staan andere objecten neer te zetten die voor overlast zorgen. Vandaar dat ook daar wetgeving niet heeft gewerkt, omdat dan toch een grote loods is verrezen in een woonwijk. Tjon Ahin noemde tevens het vraagstuk van afval, het grootste probleem momenteel in onze samenleving. Waar je ook naar toegaat in het land is er plastic afval in het milieu. En we denken dat derden voor ons zullen komen opruimen. De ex-bewindsman vindt dat de houding van de Surinamer moet veranderen en het zijn plicht is goed om te gaan met het milieu. Onze mentaliteit is verkeerd vindt Tjon Ahin. Hij wijst erop dat dezelfde Surinamer in Nederland, zich wel houdt aan de zware verplichtingen die worden gesteld in het omgaan met het milieu. “Daar nemen ze hun afval wel mee in hun tas en zorgen ervoor dat het afval niet in het milieu terechtkomt”, zei de gewezen bewindsman.

Tjon Ahin kijkt ook terug op wat is gedaan in de afgelopen twee jaren op milieugebied in ons land. Allereerst geeft hij aan dat met Canada goed is samengewerkt om in Paramaribo een systeem te creëren dat ervoor zorgt dat er gecontroleerd kan worden, wanneer en waar er afval is gedumpt, dat ziektes kan veroorzaken of kwikdampen in de lucht, die schadelijk zijn voor mens en dier. De middelen hiervoor zijn gereserveerd en zijn opvolger zou verder daarop kunnen voortborduren, om een gezond milieu te kunnen behouden. Tjon Ahin schat dat het systeem binnen een jaar, in gebruik genomen kan worden. Op korte termijn zullen de goudbedrijven weer aan een meting van hun kwikdamp met apparatuur onderworpen moeten worden, om er zeker van te zijn, dat werkers in deze bedrijven zelf geen gevaar lopen, aldus Tjon Ahin. Hij zei dat op grond van het wettelijke kader, waarover ons land beschikt, de metingen mogen plaatsvinden.

Nu na 10 jaar, moeten de bedrijven ook de tijd gegund worden om hun kwikuitstoot te filteren, waardoor het gevaar van kwikdamp, teruggedrongen kan worden. Ook de kleinschalige goudwinning en de daaraan gekoppelde vervuiling in onze rivieren, die met kleine pontons (pondo’s) oftewel skalians met zuigers veroorzaakt wordt en de kwikdamp die op verschillende plaatsen in ons land plaatsvindt en zorg voor luchtwegvergiftiging van onze burgers, moet stoppen. Kwikimporteurs zouden volgens de ex-minister gestraft moeten worden door middel van wetgeving, omdat de gevolgen van het gebruik, veel leed kan veroorzaken. Er zijn belangen die spelen, echter constateert Tjon Ahin dat het aantal skalians minder operationeel is dan vroeger. Ook het gegeven dat mensen in onze gemeenschap weg komen met het economisch voordeel aan de goudwinning, maakt dat met die nodige voorzichtigheid moet worden opgetreden bij het verminderen van de milieuvervuiling. Hij roept op tot een krin kondre actie om zoveel mogelijk de verontreiniging op verschillende plaatsen tegen te gaan.